NL1033655C2 - Animal restraining device, used during hoofing, comprises system for restricting animal movement, back leg restraining means and coupling for securing to e.g. digger or forklift truck - Google Patents
Animal restraining device, used during hoofing, comprises system for restricting animal movement, back leg restraining means and coupling for securing to e.g. digger or forklift truck Download PDFInfo
- Publication number
- NL1033655C2 NL1033655C2 NL1033655A NL1033655A NL1033655C2 NL 1033655 C2 NL1033655 C2 NL 1033655C2 NL 1033655 A NL1033655 A NL 1033655A NL 1033655 A NL1033655 A NL 1033655A NL 1033655 C2 NL1033655 C2 NL 1033655C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- leg
- animal
- purlining
- lifting
- frame
- Prior art date
Links
- 241001465754 Metazoa Species 0.000 title claims abstract description 42
- 230000008878 coupling Effects 0.000 title claims abstract description 18
- 238000010168 coupling process Methods 0.000 title claims abstract description 18
- 238000005859 coupling reaction Methods 0.000 title claims abstract description 18
- 230000000452 restraining effect Effects 0.000 title claims abstract 12
- 238000000034 method Methods 0.000 claims abstract description 12
- 210000000003 hoof Anatomy 0.000 claims abstract description 8
- 210000002414 leg Anatomy 0.000 claims description 72
- 210000001364 upper extremity Anatomy 0.000 claims description 33
- 238000010926 purge Methods 0.000 claims description 7
- 238000011282 treatment Methods 0.000 claims description 6
- 210000003127 knee Anatomy 0.000 claims description 5
- 230000015556 catabolic process Effects 0.000 claims description 2
- 238000006731 degradation reaction Methods 0.000 claims description 2
- 238000004080 punching Methods 0.000 claims 1
- 238000000746 purification Methods 0.000 claims 1
- 241000283690 Bos taurus Species 0.000 description 36
- 238000009966 trimming Methods 0.000 description 8
- 210000003141 lower extremity Anatomy 0.000 description 7
- 238000005520 cutting process Methods 0.000 description 6
- 238000010276 construction Methods 0.000 description 2
- 230000002787 reinforcement Effects 0.000 description 2
- 238000004804 winding Methods 0.000 description 2
- 241000990173 Bauhinia forficata Species 0.000 description 1
- 210000001015 abdomen Anatomy 0.000 description 1
- 230000002411 adverse Effects 0.000 description 1
- 208000037265 diseases, disorders, signs and symptoms Diseases 0.000 description 1
- 239000003814 drug Substances 0.000 description 1
- 229940079593 drug Drugs 0.000 description 1
- 239000010720 hydraulic oil Substances 0.000 description 1
- 208000015181 infectious disease Diseases 0.000 description 1
- 238000003780 insertion Methods 0.000 description 1
- 230000037431 insertion Effects 0.000 description 1
- 210000003205 muscle Anatomy 0.000 description 1
- 210000005036 nerve Anatomy 0.000 description 1
- 239000002674 ointment Substances 0.000 description 1
- 238000003825 pressing Methods 0.000 description 1
- 239000002689 soil Substances 0.000 description 1
- 210000002435 tendon Anatomy 0.000 description 1
- 210000001519 tissue Anatomy 0.000 description 1
Classifications
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A01—AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
- A01L—SHOEING OF ANIMALS
- A01L13/00—Pens for animals while being shod
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A01—AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
- A01K—ANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
- A01K15/00—Devices for taming animals, e.g. nose-rings or hobbles; Devices for overturning animals in general; Training or exercising equipment; Covering boxes
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A61—MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
- A61D—VETERINARY INSTRUMENTS, IMPLEMENTS, TOOLS, OR METHODS
- A61D3/00—Appliances for supporting or fettering animals for operative purposes
Landscapes
- Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- Environmental Sciences (AREA)
- Zoology (AREA)
- Health & Medical Sciences (AREA)
- Animal Husbandry (AREA)
- Animal Behavior & Ethology (AREA)
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Veterinary Medicine (AREA)
- Wood Science & Technology (AREA)
- Biodiversity & Conservation Biology (AREA)
- General Health & Medical Sciences (AREA)
- Public Health (AREA)
- Housing For Livestock And Birds (AREA)
Abstract
Description
GORDINGS INRICHTING EN WERKWIJZEGORDINGS DEVICE AND METHOD
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een gordingsinrichting voor het behandelen van poten (benen) 5 van een dier, zoals een hoefdier. Voorts heeft de onderhavige uitvinding betrekking op een werkwijze voor het behandelen van poten van een dier zoals een hoefdier. Bij voorkeur wordt hierbij een gordingsinrichting volgens de onderhavige uitvinding toegepast.The present invention relates to a girdling device for treating the legs (legs) of an animal, such as a hoofed animal. Furthermore, the present invention relates to a method for treating legs of an animal such as a hoofed animal. Preferably, a purlining device according to the present invention is used.
10 Hoefdieren worden veelal middels een behandeling die bekappen wordt genoemd, behandeld aan de hoeven. Hierbij wordt de hoef bij gewerkt zodat het doorgroeien van de hoef geen nadelige gevolgen heeft voor het bewegingsgestel van het dier. Voorts is het van tijd tot tijd noodzakelijk 15 dat dieren aan de poten worden behandeld tegen bijvoorbeeld infecties of andere aandoeningen. Bij het bekappen of het uitvoeren van andere behandelingen is het van voordeel dat de poot is gefixeerd zodat de behandeling in alle rust kan worden uitgevoerd. Hiertoe worden bijvoorbeeld 20 bij koeien veelal bekapboxen toegepast. Een bekapbox is een ruimte waarin de koe kan worden gebracht met pootsteu-nen waaraan de poten van de koe kunnen worden bevestigd. Hierbij dient derhalve de koe in de bekapbox te worden gebracht en vervolgens te worden behandeld. Het gebruik van 25 een dergelijke bekapbox heeft een aantal nadelen. De koe dient in de bekapbox te worden opgejaagd hetgeen stress veroorzaakt bij de koe. Voorts kost het opjagen arbeidstijd. Het in de pootsteun brengen van de poot is lastig vanwege het feit de poot zich dicht bij de grond bevindt. 30 Verder kan dit gevaarlijk zijn aangezien de koe de poot met veel kracht kan bewegen en kan schoppen. Omdat het dier de mogelijkheid heeft om tegen te stribbelen compli- 1033655 2 ceert dit de bekende werkwijze en veroorzaakt tevens extra stress.Ungulates are often treated on the hooves by means of a treatment known as trimming. Hereby, the hoof is worked up so that the growth of the hoof has no adverse consequences for the movement of the animal. It is furthermore necessary from time to time for animals to be treated on the legs against, for example, infections or other disorders. When trimming or performing other treatments, it is advantageous for the leg to be fixed so that the treatment can be carried out in peace. For this purpose, for example, 20 cows are often used in capping boxes. A roof box is a space in which the cow can be brought with leg supports to which the legs of the cow can be attached. The cow must therefore be brought into the roof box and then treated. The use of such a roof box has a number of disadvantages. The cow must be hunted in the hood, which causes stress to the cow. Furthermore, hunting takes working time. Putting the leg in the leg support is difficult due to the fact that the leg is close to the ground. Furthermore, this can be dangerous since the cow can move and kick the leg with great force. Because the animal has the ability to counteract, this complements the known method and also causes additional stress.
Teneinde één of meer van deze nadelen te ondervangen verschaft de onderhavige uitvinding een gordingsin-5 richting voor het behandelen van poten (benen) van een dier, zoals een hoefdier, waarbij de inrichting omvat: - een frame, - aan het frame gerangschikte bewegingsbeperkings-middelen voor het beperken van de bewegingsruimte van het 10 dier, - ten minste een aan het frame gerangschikt ach-terpootgordingsorgaan voor het gorden van de achterpoot, en - een koppelingsorgaan voor koppeling van de gor-15 dingsinrichting aan een hef/rijdinrichting, zoals een shovel .In order to obviate one or more of these disadvantages, the present invention provides a purl device for treating the legs (legs) of an animal, such as a hoofed animal, the device comprising: - a frame, - movement limitation arranged on the frame means for limiting the movement space of the animal, - at least one hind leg member arranged on the frame for girding the hind leg, and - a coupling member for coupling the girding device to a lifting / driving device, such as shovel.
Onder gorden wordt in het kader van de onderhavige uitvinding en in deze tekst bedoeld het vastbinden, vastgespen, inklemmen en dergelijke teneinde de bewegingsvrij-20 heid te beperken. Binnen dit begrip kan gorden worden uitgevoerd middels touwen, riemen, banden, klemmen, beugels en dergelijke. De woordkeus op basis van de stam 'gord' dient derhalve in de breedst mogelijke zin voor het bevestigen van de poot te worden opgevat.In the context of the present invention and in this text, girders is understood to mean the tying, buckling, clamping and the like in order to limit the freedom of movement. Within this concept, girdling can be carried out by means of ropes, belts, bands, clamps, brackets and the like. The choice of words on the basis of the 'gord' stem should therefore be understood in the broadest sense possible for fixing the leg.
25 Een dergelijke gordingsinrichting verschaft als voordeel dat de gordingsinrichting naar het dier kan worden gebracht in plaats van dat het dier in een bekapbox of iets dergelijks te worden gedreven. Hierbij kan het dier bijvoorbeeld worden behandeld, terwijl deze rustig aan het 30 eten is. In een dergelijk geval wordt bijvoorbeeld de be-wegingsbeperking aan de voorzijde van het dier geëffectueerd middels een zelfsluitend voederrek waar het dier de kop door steekt om bij het eten te komen. De bewegingsbe- 3 perkingsmiddelen van de gordingsinrichting beperken hierbij bijvoorbeeld de bewegingsbeperking van het dier aan de beide zijden en de achterzijde. Hierbij kan middels een bewegingsbeperkingsorgaan aan de achterzijde van het dier 5 deze met enige aandrang tegen het voederrek worden geduwd. Aangezien het dier bij een dergelijke werkwijze met toepassing van een dergelijke gordingsinrichting niet behoeft te worden gejaagd wordt hierdoor ook geen stress veroorzaakt. In een dergelijke passieve toestand van het dier is 10 het dier zelfs positief nieuwsgierig naar de inrichting die boven hem wordt gebracht in de vertrouwde omgeving.Such a purl device provides the advantage that the purl device can be brought to the animal instead of being driven into a hood box or the like. Hereby the animal can be treated, for example, while it is eating quietly. In such a case, for example, the movement restriction on the front of the animal is effected by means of a self-closing feeding rack through which the animal sticks its head to reach the food. The movement-limiting means of the purlining device herein limit, for example, the limitation of movement of the animal on both sides and at the rear. Hereby, by means of a movement-limiting member at the rear of the animal 5, it can be pushed against the feed rack with some pressure. Since the animal does not have to be hunted in such a method with the use of such a purring device, no stress is thereby caused either. In such a passive state of the animal, the animal is even positively curious about the device that is brought above him in the familiar environment.
Met een dergelijke gordingsinrichting is het mogelijk een bekapbewerking uit te voeren. Voorts is het mogelijk andere bewerkingen uit te voeren zoals het toedienen 15 van medicijnen, zoals het aanbrengen van een zalf en der-gelij ke.It is possible to perform a trimming operation with such a purge device. Furthermore, it is possible to perform other operations such as administering medicines, such as applying an ointment and the like.
In een eerste voorkeursuitvoeringsvorm omvat de gordingsinrichting een achterpootvoorspanorgaan voor het voorspannen van de achterpoot. Een voordeel van deze uit-20 voerïngsvorm is dat de achterpoot in een eenvoudig te bereiken positie kan worden gebracht voor inbrengen daarvan in het achterpootgordingsorgaan. Verder is het mogelijk om met behulp van dit achterpootvoorspanorgaan de bovenste helft van de achterpoot stevig in te klemmen hetgeen de 25 bewegingsvrijheid van de poot als geheel al beperkt.In a first preferred embodiment, the purlining device comprises a rear leg prestressing member for prestressing the rear leg. An advantage of this embodiment is that the rear leg can be brought into an easily accessible position for insertion thereof into the rear leg girder. Furthermore, it is possible to clamp the upper half of the hind leg firmly with the aid of this hind leg pre-tensioning member, which already limits the freedom of movement of the leg as a whole.
Voorts is het voordelig dat het bovenste deel van de achterpoot is ingeklemd aangezien het bewegingsbeperkingsorgaan dat hier wordt benut tevens kan worden toegepast voor het daar tegenaan drukken van de poot door middel van het 30 achterpootgordingsorgaan. Het onderste deel van de poot wordt hierbij onder een andere hoek strak getrokken dan het achterpootgordingsorgaan waardoor de poot stevig ingeklemd raakt.Furthermore, it is advantageous for the upper part of the hind leg to be clamped, since the movement limiting member which is used here can also be used for pressing the leg against it by means of the rear leg girdling member. The lower part of the leg is hereby pulled tightly at a different angle than the rear leg girdling member, so that the leg becomes firmly clamped.
44
In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat de gordingsinrichting één of twee voorpootgordingsorganen voor het gorden van een voorpoot van het dier. Hierdoor wordt een behandeling van de voorpoot met behulp van de 5 gordingsinrichting ook mogelijk.In a further preferred embodiment the purlining device comprises one or two front leg girders for girdling a front leg of the animal. As a result, treatment of the front leg with the aid of the purlining device also becomes possible.
Bij voorkeur omvat de gordingsinrichting een scharnierorgaan voor het ten opzichte van het frame scharnieren van het koppelingsorgaan. Hierdoor wordt het mogelijk het frame te scharnieren ten opzichte van de 10 hef/rijdinrichting waardoor het mogelijk wordt dat de gordingsinrichting wordt toegepast wanneer de hef- en rijdin-richting niet gelijk gericht is met het dier. Met name in omstandigheden waar weinig bewegingsruimte is voor de hef/rijdinrichting is dit voordelig.The purge device preferably comprises a hinge member for hinging the coupling member relative to the frame. This makes it possible to pivot the frame with respect to the lifting / driving device, whereby it becomes possible for the purlining device to be used when the lifting and driving device is not aligned with the animal. This is advantageous in particular in circumstances where there is little room for movement for the lifting / driving device.
15 Bij voorkeur omvat gordingsinrichting een vanuit de hef/rijdinrichting bedienbaar aandrijforgaan voor het scharnieren van de gordingsinrichting tijdens het rij-den/heffen daarvan. Degene die de gordingsinrichting 'aanlegt ' boven het dier kan hierdoor tijdens het rijden de 20 scharnier bedienen en de gordingsinrichting juist oriënteren ten opzichte van het dier. Hierdoor kan het dier gewoon zijn positie en oriëntatie behouden en is de toepassing van de gordingsinrichting derhalve nog minder inbreuk makend op de gemoedstoestand van het dier.Preferably, purlining device comprises a drive member operable from the lifting / driving device for pivoting the purlging device during driving / lifting thereof. The person who 'installs' the purlining device above the animal can hereby operate the hinge during driving and correctly orient the purlining device relative to the animal. As a result, the animal can simply maintain its position and orientation and the application of the purlining device is therefore even less of a violation of the animal's state of mind.
25 In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat het voorpootgordingsorgaan een voorpootvoorspanorgaan voor het voorspannen van de voorpoot. Met behulp van een dergelijk voorspanorgaan kan de voorpoot omhoog geleidt worden tot tegen het voorpootgordingsorgaan. Vervolgens kan middels 30 het gorden van de voorpoot deze worden bevestigd aan het voorpootgordingsorgaan. Een voordeel van de toepassing van het voorspanorgaan voor de voorpoot is dat de vastmaakbe-werking sterk wordt vereenvoudigd. Een verder voordeel is 5 dat de voorpoot onder de knie parallel kan worden gebracht met het bevestigingsdeel van het voorpootgordingsorgaan waardoor deze langs het deel van de poot onder de knie op één of meer punten kan worden vastgegord zodanig dat geen 5 beschadigingen aan huidweefsel of zenuwen of spieren of pezen hoeft voor te komen. Verder wordt het loslaten van de poot sterk vereenvoudigd door toepassing van het voor-pootvoorspanorgaan.In a further preferred embodiment, the front leg girding member comprises a front leg biasing member for prestressing the front leg. With the aid of such a prestressing member, the front leg can be guided upwards against the front leg girdling member. Subsequently, by girdling the front leg, it can be attached to the front leg girder. An advantage of using the prestressing member for the front leg is that the fastening operation is greatly simplified. A further advantage is that the front leg below the knee can be brought in parallel with the fastening part of the front leg girdle whereby it can be fixed along the part of the leg below the knee at one or more points such that no damage to skin tissue or nerves or muscles or tendons need to occur. Furthermore, releasing the leg is greatly simplified by using the front leg biasing member.
Het achterpootgordingsorgaan, de voorpootgordings-10 organen en/of de voorspanorganen zijn bij voorkeur voorzien van aandrijfmiddelen, zoals een motor, zoals een hydraulisch aangedreven motor of een elektromotor. Door middel van dergelijke aandrijforganen wordt het werken met de gordingsinrichting sterk vereenvoudigd en verlicht. Het is 15 van voordeel wanneer hydraulisch aangedreven motoren worden toegepast met een hefinrichting die is voorzien van een toevoer van hydraulische olie/energie. Hierbij is dan geen additionele energiebron noodzakelijk.The rear leg girdling member, the front leg girdling members and / or the prestressing members are preferably provided with drive means, such as a motor, such as a hydraulically driven motor or an electric motor. Working with the purlining device is greatly simplified and illuminated by means of such driving members. It is advantageous if hydraulically driven motors are used with a lifting device which is provided with a supply of hydraulic oil / energy. No additional energy source is then required.
In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat het 20 achterpootgordingsorgaan een steunorgaan, bij voorkeur een roteerbaar steunorgaan, voor het in een gegorde toestand ondersteunen van de poot. Tegen het steunorgaan kan een stabiele positie worden verkregen. Een voordeel van een roteerbaar steunorgaan is dat deze met een vlakke zijde 25 tegen de poot kan worden georiënteerd zodat schade aan de poot kan worden voorkomen.In a further preferred embodiment, the rear-leg girdle member comprises a support member, preferably a rotatable support member, for supporting the leg in a slid state. A stable position can be obtained against the support member. An advantage of a rotatable support member is that it can be oriented against the leg with a flat side so that damage to the leg can be prevented.
Verder omvat de gordingsinrichting bij voorkeur één of meer gorden, touwen, banden of riemen voor het bevestigen van de poot aan de gordingsinrichting.Furthermore, the purl device preferably comprises one or more girdles, ropes, straps or belts for attaching the leg to the purl device.
30 Bij voorkeur omvat het voorpootgordingsorgaan een inklemorgaan voor het inklemmen van de voorpoot op bij voorkeur twee posities tussen de hoef en de knie. Hierdoor kan zoals in het voorgaande reeds is genoemd schade door 6 bevestiging middels een dunne band aan een kwetsbare positie die bekend is uit de stand van de techniek worden voorkomen.Preferably the front leg girdle member comprises a clamping member for clamping the front leg at preferably two positions between the hoof and the knee. As already mentioned in the foregoing, this can prevent damage by fixing by means of a thin band to a vulnerable position which is known from the prior art.
Teneinde een bewegingsruimte voor een persoon en 5 een lage positie nabij de poot te kunnen verkrijgen is het achterpootgordingsorgaan bij voorkeur scharnierbaar ten opzichte van het frame voor het scharnieren tussen een hoge positie en een lage positie.In order to be able to obtain a space for movement for a person and a low position near the leg, the rear-leg girdle member is preferably pivotable relative to the frame for pivoting between a high position and a low position.
In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat het 10 achter- en/of voorpootspanorgaan een trekorgaan en een daaraan bevestigbaar omslagorgaan voor het omslaan daarvan om de achterpoot. Hierdoor kan het voorspannen op een eenvoudige wijze geschieden doordat het omslagorgaan om de poot kan worden geslagen terwijl het dier in een normale 15 positie staat. Verder is het hierdoor op in het voorgaande genoemde wijze derhalve mogelijk het deel van de poot onder de knie in de nabijheid van het achterpootvoorspanor-gaan te brengen voor eenvoudige bevestiging of gording daaraan.In a further preferred embodiment, the rear and / or front leg tensioning element comprises a pulling element and a fold-over element attachable thereto for turning it around the rear leg. As a result, the prestressing can take place in a simple manner in that the folding member can be wrapped around the leg while the animal is in a normal position. Furthermore, in this way it is therefore possible in the aforementioned manner to bring the part of the leg under the knee into the vicinity of the rear leg bias for simple attachment or purlin thereto.
20 Een verder aspect van de onderhavige uitvinding betreft een werkwijze voor het behandelen van poten van een dier, zoals een hoefdier, waarbij de werkwijze stappen omvat voor: - het middels een hef/rijdinrichting boven het 25 dier brengen van een gordingsinrichting waarbij het dier wordt beperkt in de loopmogelijkheden, - het gorden van tenminste een poot middels een gordingsorgaan, - het behandelen van de poot en/of hoef, 30 - het ontgorden van de poot, en - het middels de hef/rijdinrichting verwijderen van de gordingsinrichting.A further aspect of the present invention relates to a method for treating the legs of an animal, such as a hoofed animal, wherein the method comprises steps for: - bringing a purling device over which the animal is raised by means of a lifting / driving device limited in walking possibilities, - girdling of at least one leg by means of a purliner, - treatment of the leg and / or hoof, - degradation of the leg, and - removal of the purliner by means of the lifting / driving device.
77
Een dergelijke werkwijze verschaft voordelen zoals in het voorgaande aan de hand van de gordingsinrichting zijn beschreven.Such a method provides advantages as described in the foregoing with reference to the purge device.
Verdere voordelen, kenmerken en details van de on-5 derhavige uitvinding zullen in het navolgende in groter detail worden beschreven aan de hand van enkele voorkeursuitvoeringsvormen onder verwijzing naar de aangehechte figuren, waarbij: - Fig. 1 een weergave is in perspectief van een 10 eerste voorkeursuitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding; - Fig. 2 een aanzicht is van dezelfde uitvoeringsvorm waarbij andere onderdelen zijn voorzien van verwij-zingscij fers.Further advantages, features and details of the present invention will be described in greater detail below with reference to a few preferred embodiments with reference to the attached figures, in which: - FIG. 1 is a perspective view of a first preferred embodiment of the present invention; FIG. 2 is a view of the same embodiment in which other components are provided with reference numerals.
15 Een voorkeursuitvoeringsvorm (Fig. 1-3) volgens de onderhavige uitvinding betreft een bekapinrichting 1 die kan worden toegepast bij het bekappen van bijvoorbeeld koeien. De inrichting is opgebouwd rondom een frame 2 omvattende een hoofdframe 4 en een subframe 5. Voorts omvat 20 de inrichting een shovelkoppelingsorgaan 3 voor koppeling daarvan aan een shovel. In dit geval betreft het een shovelkoppelingsorgaan. In een alternatieve uitvoeringsvorm kan bijvoorbeeld worden gekoppeld aan een heftruck waarbij het koppelingsorgaan een andere vorm zal hebben.A preferred embodiment (Figs. 1-3) according to the present invention relates to a cutting device 1 that can be used in the cutting of for instance cows. The device is built around a frame 2 comprising a main frame 4 and a subframe 5. Furthermore, the device comprises a shovel coupling member 3 for coupling thereof to a shovel. In this case it is a shovel coupling member. In an alternative embodiment, it can for instance be coupled to a forklift truck, wherein the coupling member will have a different shape.
25 Het hoofdframe omvat twee hoofdprofielen 41, 42 en twee schuine of diagonale verbindingsdelen 43, 44 die zijn gevormd middels aan de hoofdprofielen 41, 42 gelaste strips. Onder het hoofdframe is een subframe 5 bevestigd. Dit subframe 5 omvat twee ten opzichte van het hoofdframe 30 overdwars gerangschikte profielen 54, 55 met een verstevi-gingsprofiel 53 daartussen. Aan de andere zijde van het hoofdframe is eveneens een dergelijk verstevigingsprofiel aangebracht (niet getoond). Onderaan de dwarsprofielen 54, 8 55 zijn twee buizen 51, 52 die zich neerwaarts en horizontaal uitstrekken voor het daartussen houden van een koe. Aan de achterzijde van deze twee buizen 51, 52 bevindt zich een verbindingsbuis 53 voor het aan de achterzijde 5 tegenhouden van de koe.The main frame comprises two main profiles 41, 42 and two oblique or diagonal connecting parts 43, 44 which are formed by strips welded to the main profiles 41, 42. A subframe 5 is attached under the main frame. This sub-frame 5 comprises two profiles 54, 55 arranged transversely relative to the main frame 30 with a reinforcement profile 53 between them. Such a reinforcement profile is also provided on the other side of the main frame (not shown). At the bottom of the transverse sections 54, 55 are two tubes 51, 52 which extend downwardly and horizontally for holding a cow between them. At the rear of these two tubes 51, 52 there is a connecting tube 53 for retaining the cow at the rear 5.
Tijdens gebruik wordt de inrichting boven de koe gebracht zodanig dat bij het laten zakken van de inrichting de koe zich zal bevinden onder het hoofdframe en tussen de buizen 51, 52, 53. Hierbij bevindt zich het achter-10 ste van de koe nabij de buis 53 zodat de voorzijde van de koe zich bevindt onder het zich nabij het shovelkoppe-lingsorgaan 3 bevindende deel van de hoofdbuis 41. In een alternatieve uitvoeringsvorm zou zich aan de voorzijde ook nog een tegenhoudorgaan naar analogie van de buis 53 kun-15 nen bevinden. In deze uitvoeringsvorm is dat niet nodig omdat de koe tijdens het uitvoeren van het bekappen is ingesloten aan de voorzijde door een voederrek (niet getoond) .During use, the device is brought above the cow, so that when the device is lowered, the cow will be located below the main frame and between the tubes 51, 52, 53. The rear of the cow is located near the tube 53 so that the front of the cow is located below the part of the main tube 41 located near the shovel coupling member 3. In an alternative embodiment, a retaining member analogous to the tube 53 could also be located on the front. In this embodiment, this is not necessary because the cow is enclosed at the front by a feeding rack (not shown) during the execution of the trimming.
Tijdens het boven de koe rangschikken van de be-20 kapinrichting 1 wordt deze door middel van de shovel naar de koe gereden in een hoge toestand van het heforgaan van de shovel. Voordat de inrichting wordt neergelaten middels het heforgaan van de shovel kan de bestuurder van de shovel middels de hydraulische zwenkcilinder 33 die aan één 25 einde is verbonden met het shovelkoppelingsorgaan en aan het andere einde is verbonden met het hoofdframe middels de scharnierbare bevestiging 49, worden gescharnierd om een scharnier (niet getoond) in de richting van de pijlen D tussen de buis 46 van het hoofdframe en het shovelkoppe-30 lingsorgaan 3. Hierdoor is het mogelijk de ruimte tussen de beugels 51, 52, 53 zodanig boven de koe te brengen dat zij gemakkelijk om de koe kan worden neergelaten. Na het neerlaten van de inrichting kan deze eventueel enigszins 9 lateraal in de richting van de kop van de koe worden bewogen teneinde de koe enigszins strakker te positioneren.During arranging of the hood device 1 above the cow, it is driven by means of the shovel to the cow in a high state of the lifting device of the shovel. Before the device is lowered by means of the lifting device of the shovel, the driver of the shovel can be hinged by means of the hydraulic swivel cylinder 33 which is connected at one end to the shovel coupling member and is connected at the other end to the main frame by means of the pivotable mounting 49. around a hinge (not shown) in the direction of the arrows D between the tube 46 of the main frame and the shovel coupling member 3. This makes it possible to bring the space between the brackets 51, 52, 53 above the cow such that they can be lowered easily around the cow. After the device has been lowered, it may possibly be moved slightly laterally towards the head of the cow in order to position the cow somewhat tighter.
Voor het tijdens het bekappen fixeren van de achterpoten is voorzien in een vooraanspankabel of -ketting 5 57. Deze is bij voorkeur voorzien van een om de bovenzijde van de achterpoot van een koe aan te brengen lus (niet getoond) die door het aanhalen van de ketting omhoog kan worden getrokken. Hiervoor bevindt zich tussen de buizen 41, 42 van het hoofdframe een hydraulische cilinder 31 die 10 met een in- en uitschuifbare stang met aan het einde daarvan een rotatiewiel 58. De ketting loopt van een bevestigingspunt binnen framedeel via dit geleidewiel van de hydraulische cilinder 31 over het geleidewiel 56 en vervolgens neerwaarts.For fixing the hind legs during the trimming, a front tensioning cable or chain 57 is provided. This is preferably provided with a loop (not shown) which is arranged around the upper side of the hind leg of a cow and which is tightened by tightening the chain can be pulled up. For this purpose, a hydraulic cylinder 31 is located between the tubes 41, 42 of the main frame, and a hydraulic cylinder 31 with a retractable and extending rod with a rotation wheel 58 at the end thereof. The chain runs from a point of attachment within frame part via this guide wheel of the hydraulic cylinder 31. over the guide wheel 56 and then downwards.
15 Door het in- en uitschuiven van de hydraulische cilinder 31 in de richting van de pijlen B kan de lus (niet getoond) aan het einde van de ketting respectievelijk omhoog en omlaag worden bewogen. Hierdoor kan een bovenbeen van een koe tegen de stang 53 van het subframe 5 20 worden getrokken. Hierdoor wordt tevens het onderste deel van de poot van de koe omhoog getrokken in de buurt of tegen de roteerbare aangordsteun 72 die in het navolgende verder zal worden beschreven. Na het aangorden van de onderzijde van de poot tegen deze aangordsteun 72 kan de 25 aangordsteun omhoog worden gebracht voor het verder strak trekken van de achterpoot van de koe.By sliding the hydraulic cylinder 31 in and out in the direction of the arrows B, the loop (not shown) at the end of the chain can be moved up and down respectively. As a result, an upper leg of a cow can be pulled against the rod 53 of the subframe 5. As a result, the lower part of the cow's leg is also pulled up in the neighborhood or against the rotatable girdle support 72 which will be further described below. After mounting the underside of the leg against this cord support 72, the cord support can be raised to further tighten the hind leg of the cow.
Vervolgens kan het bekappen worden uitgevoerd. Hierbij wordt bij voorkeur gebruik gemaakt van een soort van slijptol voor het snel uitvoeren van deze bewerking.The trimming can then be carried out. In this case, use is preferably made of a type of grinding wheel for the rapid execution of this operation.
30 Met name bij het gebruik van deze slijptol is een stevige fixatie van een koeienpoot van levensbelang aangezien een onverwachtse beweging een gevaarlijke situatie van het 10 wegschieten van de slijptol in de richting van de mens die de bekapbewerking uitvoert kan veroorzaken.Particularly when using this grinding wheel, a firm fixation of a cow's leg is of vital importance since an unexpected movement can cause a dangerous situation of the grinding wheel slipping away in the direction of the person performing the cutting operation.
De roteerbare steun 72 bevindt zich tussen beves-tigingsdelen 74 die ieder zijn bevestigd aan weerszijden 5 van een profiel 74 die ieder zijn bevestigd aan weerszijden van een profiel 73. Het profiel 73 is gerangschikt aan het einde van het verlengbare profiel 48. De verlengbaarheid is uitgevoerd door een binnen- en buitenprofiel waarbij het binnenprofiel in richting van de pijlen F kan wor-10 den verschoven.The rotatable support 72 is located between mounting parts 74 which are each attached to both sides 5 of a profile 74 which are each attached to either side of a profile 73. The profile 73 is arranged at the end of the extendable profile 48. The extendability is performed by an inner and outer profile, wherein the inner profile can be shifted in the direction of the arrows F.
De fixatie kan bijvoorbeeld door middel van een eenvoudige pen-en-gat constructie op vooraf bepaalde posities worden uitgevoerd, evenals bij de andere verlengbare buizen van deze uitvoering. De buis 48 maakt voorts een 15 knik en het einde van de buis 48 is bevestigd aan het be-vestigingsdeel 47 dat zich uitstrekt aan de bovenzijde van de onderbuis 42 van het hoofdframe. Het profiel 48 is beweegbaar door middel van een in de richting van de pijlen A in- en uitschuifbare hydraulische cilinder 32. Deze hy-20 draulische cilinder 32 is aan één einde bevestigd aan het profiel 48 middels bevestigingsorgaan 50 en aan de andere zijde bevestigd aan de bovenbuis 41 van het hoofdframe middels bevestigingsorgaan 50a.The fixation can for instance be carried out by means of a simple pin-and-hole construction at predetermined positions, as well as with the other extensible tubes of this embodiment. The tube 48 further makes a kink and the end of the tube 48 is attached to the mounting part 47 which extends on the top of the lower tube 42 of the main frame. The profile 48 is movable by means of a hydraulic cylinder 32 which can be retracted and extended in the direction of the arrows A. This hydraulic cylinder 32 is attached at one end to the profile 48 by means of fastener 50 and on the other side attached to the upper tube 41 of the main frame by means of fastening member 50a.
Voor het bekappen van de voorpoten van de koe be-25 vindt zich aan de voorzijde een voorpotenaangordorgaan omvattende de volgende onderdelen. Bevestigd aan één zijde van het hoofdframe bevindt zich een geleidewielframe 62 met daarin twee geleidewielen 63, 64. Voorts is aan het hoofdframe een zijbuis 85, 86 bevestigd waarbij de binnen-30 buis 86 heen en weer verschuifbaar is binnen de buitenbuis 85 voor het variëren van de lengte daarvan in de richting van de pijl H. Aan deze verbindingsbuis 85, 86 is een ver- 11 ticale buitenbuis 87 bevestigd waarbinnen een lange verticale binnenbuis verschuifbaar is.For the purpose of trimming the front legs of the cow, a front leg holding member is provided at the front, comprising the following parts. Attached to one side of the main frame is a guide wheel frame 62 with two guide wheels 63, 64 therein. Furthermore, a side tube 85, 86 is attached to the main frame, the inner tube 86 being slidable back and forth within the outer tube 85 for varying of its length in the direction of the arrow H. To this connecting tube 85, 86 is attached a vertical outer tube 87 within which a long vertical inner tube is slidable.
Deze lange verticale binnenbuis is aan de onderzijde voorzien van een horizontaal buisdeel 84 die dienst 5 doet als voorpootvastgordorgaan. De verticale beweging in de richting van de pijlen E van de buis 88 is handmatig uit te voeren maar ook middels een motor en bijvoorbeeld trekkabels (niet getoond).This long vertical inner tube is provided on the underside with a horizontal tube part 84 which serves as a foreleg holding device. The vertical movement in the direction of the arrows E of the tube 88 can be carried out manually, but also by means of a motor and, for example, pulling cables (not shown).
De verticale cilinder 34 heeft een uitschuifbare 10 cilinderbuis met aan de bovenzijde een geleidewiel 38.The vertical cylinder 34 has an extendable cylinder tube with a guide wheel 38 at the top.
Over de geleidewielen 38 loopt een ketting 61 die aan één einde bevestigd is aan een bevestigingsplaat 92 halverwege de cilinder 34. Aan het andere einde is deze ketting bevestigd aan een singel (niet getoond) die onder de buik 15 van de koe kan worden geleid en middels de cilinder kan worden aangetrokken. Deze singel zorgt ervoor dat de koe tijdens het bekappen niet kan gaan liggen of anderszins gevaar aan zichzelf of de uitvoerende kan toebrengen. Met behulp van dezelfde hydraulische cilinder en een tweede 20 geleidewiel aan de bovenzijde daarvan bevestigd kan aan de andere zijde van het hoofdframe een zelfde constructie worden aangedreven. Deze is niet getoond in de figuur ten behoeve van de overzichtelijkheid van de figuur.A chain 61 runs over the guide wheels 38 and is attached at one end to a mounting plate 92 halfway the cylinder 34. At the other end this chain is attached to a web (not shown) which can be guided under the belly 15 of the cow and can be attracted through the cylinder. This webbing ensures that the cow cannot lie down or otherwise pose a danger to himself or to the person performing it during trimming. With the same hydraulic cylinder and a second guide wheel attached to the top thereof, the same construction can be driven on the other side of the main frame. This is not shown in the figure for the sake of clarity of the figure.
Aan het horizontale buisdeel 84 is een tweetal 25 beugels 81 bevestigd voor het daar tegenaan trekken van een koeienpoot. Deze beugels zijn getoond aan de buitenzijde van de inrichting; deze kunnen bij verdere voorkeur aan de binnenzijde zijn gerangschikt. Aan de onderzijde van deze beide beugels bevinden zich beweegbare beugels 82 30 die door middel van een hendel 83 kunnen worden bewogen waarna ze worden gefixeerd voor het tussen de beugels 81 en 82 inklemmen van een voorpoot van een koe door het scharnieren van de beugels 82 in de richting van de pijlen 12 G. Voor het omhoog bewegen van het onderste deel van de voorpoot van de koe voor plaatsing daarvan tussen de beugels is voorzien in een hydraulische motor 91 die tevens is bevestigd aan de onderzijde van de buizen 88 en/of het 5 horizontale buisdeel 84. Op alternatieve wijze kan de poot op het horizontale buisdeel 84 worden geplaatst en aan de bovenzijde daarvan worden vastgemaakt. De buis 88 kan middels een motor (niet getoond) worden bewogen in verticale richting langs de pijlen E. Een dergelijke motor kan wor-10 den bevestigd op het frame en middels kabels trekken aan de buis. Dit kan dubbelzijdig worden uitgevoerd aan weerszijden van de inrichting voor beide voorpoten.Two brackets 81 are attached to the horizontal tube part 84 for pulling a cow's leg against it. These brackets are shown on the outside of the device; these can preferably be arranged on the inside. Movable brackets 82 are located on the underside of these two brackets which can be moved by means of a lever 83, after which they are fixed for clamping a cow's front leg between the brackets 81 and 82 by pivoting the brackets 82 into the direction of the arrows 12 G. For raising the lower part of the cow's front leg for placing it between the brackets, a hydraulic motor 91 is provided which is also mounted on the underside of the tubes 88 and / or the Horizontal pipe part 84. Alternatively, the leg can be placed on the horizontal pipe part 84 and fixed to the top thereof. The tube 88 can be moved in a vertical direction along the arrows E by means of a motor (not shown). Such a motor can be mounted on the frame and be pulled on the tube by means of cables. This can be done on both sides of the device for both front legs.
Aan deze motor bevindt zich een opwindstaaf waar omheen een opwindbare kabel aanwezig is. Aan het eind van 15 deze opwindbare kabel bevindt zich een lus die om de koei-enpoot kan worden gebracht waarna door middel van de opwindbare kabel en de motor de koeienpoot omhoog kan worden getrokken tot tegen de onderzijde van de gefixeerde beugels 81 van het horizontale buisdeel.On this motor there is a winding rod around which a winding cable is present. At the end of this wind-up cable there is a loop which can be placed around the cow leg, after which the cow's leg can be pulled upwards against the underside of the fixed brackets 81 of the horizontal tube part by means of the wind-up cable and the motor. .
20 Een voordeel van deze werkwijze is dat de koeien poot niet met handkracht omhoog behoeft te worden gedrongen hetgeen zeker voordelig is wanneer de koe weigerachtig is. Een verder voordeel van deze inrichting is dat het vrijgeven van de poot vrij eenvoudig kan geschieden door 25 het losmaken van de onderste beweegbare beugels 82. Bij bekende bekapinrichtingen moet een onderdeel van de bekap-inrichting van de poot worden losgemaakt wanneer de poot weer op de bodem is waarvoor bijvoorbeeld degene die deze werkzaamheden uitvoert diep moet bukken met het nodige ge-30 vaar van een schop van de koeienpoot.An advantage of this method is that the cow's leg does not have to be pushed up with manual force, which is certainly advantageous when the cow is refusing. A further advantage of this device is that releasing the leg can take place relatively easily by releasing the lower movable brackets 82. In known cutting devices, a part of the cutting device must be released from the leg when the leg is again on the leg. is soil for which, for example, the person carrying out this work must stoop deeply with the necessary danger of a shovel of the cow's foot.
In deze uitvoering hebben alle aangedreven delen een hydraulische energietoevoer. Dit maakt de toepassing met een voertuig met een hydraulische generator voordelig 13 en het aankoppelen van de energiebron kan eenvoudig gebeuren. Binnen het begrip van de uitvinding zijn alle bewegende delen in beginsel naast een motorische aandrijving ook handmatig uit te voeren.In this embodiment, all driven parts have a hydraulic energy supply. This makes the use with a vehicle with a hydraulic generator advantageous 13 and the coupling of the energy source can easily be done. Within the concept of the invention, all moving parts can in principle be carried out manually in addition to a motor drive.
5 De voorpoot- en ook de achterpootgordingsorganen volgens deze uitvinding zijn tevens op zichzelf toepasbaar in bekapinrichtingen volgens de stand van de techniek, waarvoor de aanvrager zich alle rechten voorbehoudt.The front leg and also the rear leg girdling members according to the present invention can also be used per se in cutting devices according to the state of the art, for which the applicant reserves all rights.
In het voorgaande is de onderhavige uitvinding be-10 schreven aan de hand van enkele voorkeursuitvoeringsvormen. Verschillende aspecten van verschillende uitvoeringen worden beschreven geacht in combinatie met elkaar waarbij alle combinaties die op basis van dit document door een vakman kunnen worden gemaakt dienen te worden meegelezen. 15 Deze voorkeursuitvoeringsvormen zijn niet beperkend voor de beschermingsomvang van deze tekst. De gevraagde rechten worden bepaald in de aangehechte conclusies.In the foregoing, the present invention has been described with reference to a few preferred embodiments. Different aspects of different embodiments are considered described in combination with each other, whereby all combinations that can be made by a person skilled in the art on the basis of this document must be read. These preferred embodiments are not limitative of the scope of this text. The rights requested are defined in the appended claims.
10336551033655
Claims (16)
Priority Applications (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1033655A NL1033655C2 (en) | 2007-04-07 | 2007-04-07 | Animal restraining device, used during hoofing, comprises system for restricting animal movement, back leg restraining means and coupling for securing to e.g. digger or forklift truck |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1033655A NL1033655C2 (en) | 2007-04-07 | 2007-04-07 | Animal restraining device, used during hoofing, comprises system for restricting animal movement, back leg restraining means and coupling for securing to e.g. digger or forklift truck |
NL1033655 | 2007-04-07 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1033655C2 true NL1033655C2 (en) | 2008-10-13 |
Family
ID=38564526
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1033655A NL1033655C2 (en) | 2007-04-07 | 2007-04-07 | Animal restraining device, used during hoofing, comprises system for restricting animal movement, back leg restraining means and coupling for securing to e.g. digger or forklift truck |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
NL (1) | NL1033655C2 (en) |
Citations (7)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE2919281A1 (en) * | 1979-05-12 | 1980-11-13 | Alfred Pfaller | Positioning stall for cows and horses - has one side section in form of pivotable entry door and restrains animal firmly |
DE3248445A1 (en) * | 1981-12-31 | 1983-08-25 | Franz 7701 Neuhausen Dietrich | Treatment and nursing stall for animals |
US4498425A (en) * | 1984-01-09 | 1985-02-12 | Aanestad Robert D | Animal restrainer |
FR2665054A1 (en) * | 1990-07-27 | 1992-01-31 | Creuse Caisse Rgle Assur Mut A | Restraining cage for animals, in particular bovines |
DE29713038U1 (en) * | 1997-07-23 | 1997-10-09 | Genossenschaft Klauenpfleger e.G. Sachsen, 01847 Lohmen | Treatment station for ungulates |
DE29820059U1 (en) * | 1998-11-10 | 1999-04-15 | Struve, Hans Henning, 23795 Groß Rönnau | Claw care for one-man operation |
DE20116480U1 (en) * | 2001-10-09 | 2002-01-03 | Voß, Jürgen, 19273 Laave | Care and treatment stand for large animals, especially for hoof care |
-
2007
- 2007-04-07 NL NL1033655A patent/NL1033655C2/en not_active IP Right Cessation
Patent Citations (7)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE2919281A1 (en) * | 1979-05-12 | 1980-11-13 | Alfred Pfaller | Positioning stall for cows and horses - has one side section in form of pivotable entry door and restrains animal firmly |
DE3248445A1 (en) * | 1981-12-31 | 1983-08-25 | Franz 7701 Neuhausen Dietrich | Treatment and nursing stall for animals |
US4498425A (en) * | 1984-01-09 | 1985-02-12 | Aanestad Robert D | Animal restrainer |
FR2665054A1 (en) * | 1990-07-27 | 1992-01-31 | Creuse Caisse Rgle Assur Mut A | Restraining cage for animals, in particular bovines |
DE29713038U1 (en) * | 1997-07-23 | 1997-10-09 | Genossenschaft Klauenpfleger e.G. Sachsen, 01847 Lohmen | Treatment station for ungulates |
DE29820059U1 (en) * | 1998-11-10 | 1999-04-15 | Struve, Hans Henning, 23795 Groß Rönnau | Claw care for one-man operation |
DE20116480U1 (en) * | 2001-10-09 | 2002-01-03 | Voß, Jürgen, 19273 Laave | Care and treatment stand for large animals, especially for hoof care |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US9616796B2 (en) | Receiver-mounted lift gate | |
US8210912B2 (en) | Game winch systems and methods | |
US9591829B2 (en) | Cattle hoof trimming chute | |
US5282441A (en) | Large animal handling chute | |
US8240276B1 (en) | Squeeze chute apparatus | |
US7644682B2 (en) | Round bale feeder | |
EP0824308B1 (en) | Animal lifting means | |
NL2008719C2 (en) | DEVICE AND METHOD FOR TREATING THE REAR POTS OF A FOUR-LEGED ANIMAL. | |
US7389749B1 (en) | Stabilizer for shoeing a horse | |
CN110251264B (en) | A horse hoof nail trimming auxiliary device for livestock-raising | |
US4195595A (en) | Device for positioning livestock | |
US20020179022A1 (en) | Livestock chute | |
US10721911B2 (en) | Device and method for animal suspension, immobilization, rehabilitation, and grooming | |
US20090090306A1 (en) | Mobile equine assistant | |
EP2421466A1 (en) | Apparatus for promoting the healing of a hoof or leg injury or disease of an animal, particularly a horse | |
NL1033655C2 (en) | Animal restraining device, used during hoofing, comprises system for restricting animal movement, back leg restraining means and coupling for securing to e.g. digger or forklift truck | |
CN209154135U (en) | A kind of adjustable orthopaedics tractor | |
US4228766A (en) | Truck mounted cattle control box | |
US8273044B1 (en) | Traction splint device | |
CN209301381U (en) | A kind of fixed device of experimental animal free-grabbing | |
US6536375B2 (en) | Apparatus for restraining the neck and/or head of a farm animal | |
KR101216739B1 (en) | Turning fomula restraining stall for cow treatment | |
CA2556955A1 (en) | Animal lifter | |
US9131647B1 (en) | Field sawbuck for cantilever support of a felled tree | |
US4223639A (en) | Animal restraining device |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
PD2B | A search report has been drawn up | ||
V1 | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20111101 |