voller
Uiterlijk
- vol·ler
- Naamwoord van handeling van vollen met het achtervoegsel -er [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | voller | vollers |
verkleinwoord | - | - |
de voller m
- (beroep) iemand die vilt vervaardigt uit wol
voller
- onverbogen vorm van de vergrotende trap van vol
- Het woord voller staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "voller" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ voller op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
voller (+nominatief of genitief)
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 6
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Achtervoegsel -er in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Beroep in het Nederlands
- Bijvoeglijknaamwoordsvorm in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 96 %
- Prevalentie Vlaanderen 94 %
- Woorden in het Duits
- Woorden in het Duits van lengte 6
- Voorzetsel in het Duits