WikiWoordenboek:GrootDictee/2001
Dit is de tekst van het Groot Dictee der Nederlandse Taal van 2001. De auteurs van het dictee zijn Han van Gessel en Bas van Kleef. De tekst is met de verouderde spelling van vóór 2006.
De portemonnee
[bewerken]1. Allerwegen maken kassiers en caissières zich in deze decembermaand op voor een financieel project vanjewelste: na ommekomst van 2001 gaan zij vol fiducie over van de nationale munt op de euro.
2. Dit geschiedt ter wille van de Europese eenheid en met een soms excentriek euro-enthousiasme: 'eureka' hoorden wij zopas nog een Europagezinde europarlementariër op het achtuurjournaal geëxalteerd uitkrijten.
3. Sommige eurosceptici - vooral degenen die van jongs af vertrouwden op de konterfeitsels in hun marokijnen portefeuille - vinden al die euroambtenarij algauw potjeslatijn; in geë-mailde litanieën zingen zij allesbehalve Brussels lof.
4. Onder nostalgische prevelementen doen wij in een mêlee van somtijds veronachtzaamde klanten onze sinterklaas- en kerstaankopen met coupures die al decennialang rouleren; tot ons chagrijn hebben die - daar helpt geen lievemoederen aan - straks nog slechts antiquarische betekenis.
5. Naar hartelust kopen wij cadeaus: stereotiepe barbiepoppen, cd'tjes met rock-'n-rollmuziek, rococoachtige kalligrafieën, emaillen kookgerei en geciseleerde etagères; en passant gaan wij tekeer tegen kittelorige employés die achter in de winkel pootaan spelen.
6. En à propos: wie van excursies naar Zuid-Europese contreien vreemde valuta overheeft, moet daar halsoverkop van af zien te komen; bij een volgend verblijf in den vreemde kun je er goedbeschouwd geen cappuccino, carpaccio of chipolatapudding meer van kopen - een krankjorume gedachte, maar nogal wiedes.
7. Onze beurzen moeten een gedaanteverwisseling ondergaan ten gerieve van de vrijemarkteconomie; één wens zij ons hopelijk vergund: moge de beeltenis van de soevereine monarch, al is het geen staatsiefoto, nooit ofte nimmer van overheidswege worden geëlimineerd.
8. Menig weifelaar zal na deze monetaire exercitie nog een tijdlang twijfelend blijven hoofdrekenen, maar usance zal dat zogezegd niet worden; over pakweg een jaar grinniken we om al dat gejeremieer over een dreigend numismatisch debacle in de portemonnee.