BE1020231A3

BE1020231A3 - ELASTIC SOLE AND CROSS-SLEEP ON WHICH RAIL BARS REST ON A BALLAST BED.

Info

Publication number: BE1020231A3
Application number: BE2011/0616A
Authority: BE
Original assignee: Cdm Nv
Priority date: 2011-10-21
Filing date: 2011-10-21
Publication date: 2013-06-04
Also published as: EP2776627B1; NO2776627T3; PL2776627T3; EP2776627A1; DK2776627T3; ES2666280T3; WO2013082679A1

Abstract

Elastische zool (1,17,18,19) met een dwarsligger (2) waarop spoorstaven (3) van een spoorweg rusten op een ballastbed (4), waarbij de onderzijde (6) van de dwarsligger (2) nagenoeg volledig is voorzien van de elastische zool (1,17,18,19) welke een reliëf (8) vertoont dat tegen het ballastbed (4) wordt geplaatst.Elastic sole (1,17,18,19) with a sleeper (2) on which rails (3) of a railway rest on a ballast bed (4), the underside (6) of the sleeper (2) being almost completely provided with the elastic sole (1,17,18,19) which has a relief (8) which is placed against the ballast bed (4).

Description

Elastische zool en dwarsligger waarop spoorstaven rusten op een ballastbedElastic sole and crossbar on which rails rest on a ballast bed

De uitvinding heeft betrekking op een elastische zool met een dwarsligger, in het bijzonder een betonnen dwarsligger, waarop spoorstaven van een spoorweg dienen te rusten, waarbij deze elastische zool is bestemd om aansluitend tussen de dwarsligger en een ballastbed te worden geplaatst en waarbij de elastische zool is bevestigd aan de onderzijde van de dwarsligger.The invention relates to an elastic sole with a sleeper, in particular a concrete sleeper, on which rails of a railroad must rest, wherein this elastic sole is intended to be subsequently placed between the sleeper and a ballast bed and wherein the elastic sole is attached to the underside of the sleeper.

Bij een dergelijke spoorweg worden spoorstaven bovenop dwarsliggers bevestigd. De dwarsliggers worden op het ballastbed geplaatst en gedeeltelijk hierin ingebed. Het ballastbed wordt gevormd uit steenslag en zorgt voor de stabiliteit van de spoorweg en het opvangen van trillingen.With such a railroad, rails are mounted on top of sleepers. The sleepers are placed on the ballast bed and partly embedded therein. The roadbed is formed from crushed stone and ensures the stability of the railroad and absorbs vibrations.

Om trillingen van de spoorstaven en de dwarsliggers naar de onderliggende spoorwegbedding toe te dempen worden, volgens de huidige stand van de techniek, elastische zolen tussen steunpunten van de dwarsliggers en het ballastbed geplaatst. Hierdoor wordt geluidsoverlast beperkt en wordt ook schade aan het ballastbed vermeden. Voorbeelden van bestaande elastische zolen worden beschreven in de octrooien EPI 186709B1 en EP1298252B1.In order to damp vibrations from the rails and the sleepers to the underlying railway bed, according to the current state of the art, elastic soles are placed between supports of the sleepers and the ballast bed. This reduces noise nuisance and also prevents damage to the ballast bed. Examples of existing elastic soles are described in the patents EPI 186709B1 and EP1298252B1.

De elasticiteit van dit spoortype wordt voornamelijk bepaald door het ballastbed, de elastische zool tussen de dwarsligger en het ballastbed en mogelijk ook door een elastische zool tussen de spoorstaaf en de dwarsligger. Het dichtslibben van het ballastbed door vuil en/of zand zorgt in dit systeem voor een ongewenste verlaging van de elasticiteit van het spoor.The elasticity of this track type is mainly determined by the ballast bed, the elastic sole between the crossbar and the ballast bed and possibly also by an elastic sole between the rail and the crossbar. The silting up of the ballast bed due to dirt and / or sand causes an undesirable reduction of the track's elasticity in this system.

Het gebruik van bovenvermelde elastische zolen tussen de dwarsligger en het ballastbed zorgt verder in bepaalde gevallen, afhankelijk van de stijfheid van dergelijke zolen, voor een verlaging van de spoorstijfheid, waardoor de laterale spoorstabiliteit negatief wordt beïnvloed.The use of the above-mentioned elastic soles between the crossbar and the ballast bed furthermore, in certain cases, ensures, depending on the stiffness of such soles, a reduction in the track rigidity, as a result of which the lateral track stability is negatively influenced.

Deze problemen stellen zich in het bijzonder bij spoorwegen voor hoge snelheidslijnen (HSL).These problems arise in particular on high-speed railways (HSL).

De uitvinding wil aan deze nadelen verhelpen door een elastische zool en een werkwijze voor te stellen die toelaten om op een eenvoudige wijze de onderzijde van de dwarsliggers, in het bijzonder een betonnen dwarsliggers, te voorzien van een elastische zool waarbij een vermindering van de laterale spoorstabiliteit, welke wordt veroorzaakt door de elastische zool, wordt beperkt. Bovendien laat de voorgestelde oplossing toe om de elastische zool zodanig te bevestigen dat een verstijving door het dichtslibben van het ballastbed wordt verhinderd.The invention seeks to remedy these disadvantages by proposing an elastic sole and a method which make it possible in a simple manner to provide the underside of the sleepers, in particular a concrete sleepers, with an elastic sole wherein a reduction in lateral track stability , which is caused by the elastic sole, is limited. Moreover, the proposed solution makes it possible to fix the elastic sole in such a way that stiffening due to the silting up of the ballast bed is prevented.

Tot dit doel vertoont de onderzijde van de elastische zool een reliëf om steenslag van het ballastbed waarop de elastische zool dient te steunen minstens gedeeltelijk te omsluiten zoals opgeëist in de hieraan toegevoegde conclusies. Verder strekt de elastische zool zich, bij voorkeur, uit over nagenoeg de volledige onderzijde van de dwarsligger.For this purpose, the underside of the elastic sole has a relief to enclose at least partially crushed stone of the ballast bed on which the elastic sole is to be supported, as claimed in the appended claims. Furthermore, the elastic sole extends, preferably, over almost the entire underside of the sleeper.

Doelmatig bevat het reliëf opstaande delen die zich minstens gedeeltelijk dienen uit te strekken tussen het steenslag van het ballastbed en bevat het reliëf overeenkomstige holten waarin steenslag van het ballastbed minstens gedeeltelijk in dient te dringen.Advantageously, the relief comprises upright parts which must at least partially extend between the crushed stone of the ballast bed and the relief contains corresponding cavities into which crushed stone of the ballasted bed must at least partially penetrate.

Op een voordelige wijze bestaat het reliëf minstens gedeeltelijk uit een golvend oppervlak dat, bij voorkeur, golvend is in twee nagenoeg loodrecht op elkaar staande richtingen.Advantageously, the relief consists at least in part of a wavy surface which, preferably, is wavy in two substantially perpendicular directions.

Op een zeer voordelige wijze is de stijfheid van de elastische zool onder spoorbevestigingszones, die voorzien zijn aan de bovenzijde van de dwarsligger, hoger dan de stijfheid van de elastische zool onder de dwarsligger tussen deze spoorbevestigingszones.In a very advantageous manner, the stiffness of the elastic sole below rail attachment zones, which are provided at the top of the crossbar, is higher than the rigidity of the elastic sole below the crossbar between these rail attachment zones.

De uitvinding heeft eveneens betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een spoorweg met dwarsliggers waarop aan de bovenzijde ervan spoorstaven rusten, waarbij deze dwarsliggers via elastische zolen rusten op een ballastbed met ballaststenen, waarbij tegen de onderzijde van de dwarsligger minstens een elastische zool wordt bevestigd, welke elastische zool aan zijn onderzijde een reliëf vertoont dat tegen het ballastbed wordt geplaatst zodat het reliëf minstens een deel van de ballaststenen van het ballastbed gedeeltelijk omsluit. Volgens deze werkwijze wordt, bij voorkeur, nagenoeg de volledige onderzijde van de dwarsligger bekleed met minstens een elastische zool die hieraan wordt bevestigd.The invention also relates to a method for manufacturing a railroad with sleepers on which rails are resting at the top thereof, wherein said sleepers are supported via elastic soles on a ballast bed with ballast stones, wherein at least one elastic sole is secured against the underside of the sleeper. which elastic sole has a relief on its underside which is placed against the ballast bed so that the relief partially encloses at least a part of the ballast stones of the ballast bed. According to this method, preferably, substantially the entire underside of the sleeper is covered with at least one elastic sole which is attached thereto.

Andere bijzonderheden en voordelen van de uitvinding zullen blijken uit de hierna volgende beschrijving van concrete uitvoeringsvormen van de werkwijze en de inrichting volgens de uitvinding; deze beschrijving wordt enkel als voorbeeld gegeven en beperkt de draagwijdte niet van de gevorderde bescherming; de hierna gebruikte verwijzingscijfers hebben betrekking op de hieraan toegevoegde figuren.Other details and advantages of the invention will be apparent from the following description of concrete embodiments of the method and the device according to the invention; this description is only given as an example and does not limit the scope of the protection claimed; the reference numerals used hereinafter refer to the attached figures.

Figuur 1 is een schematische voorstelling van een dwarsdoorsnede van een elastische zool met betonnen dwarsligger volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding.Figure 1 is a schematic representation of a cross-section of an elastic sole with concrete sleeper according to a preferred embodiment of the invention.

Figuur 2 is een schematische voorstelling van een detaildoorsnede uit figuur 1.Figure 2 is a schematic representation of a detail section from Figure 1.

Figuur 3 zijn schematische voorstellingen van de onderzijde van een dwarsligger met een elastische zool volgens een aantal uitvoeringsvormen van de uitvinding.Figure 3 are schematic representations of the underside of a sleeper with an elastic sole according to a number of embodiments of the invention.

De uitvinding heeft in het algemeen betrekking op een dwarsligger waarop spoorstaven van een spoorweg rusten, bij voorkeur, een betonnen dwarsligger. Deze dwarsligger is aan de onderzijde voorzien van een of meerdere elastische zolen waarop de dwarsligger dient te rusten, zoals schematisch weergegeven in figuren 1 en 2. De elastische zolen 1 bevinden zich in een spoorweg tussen de dwarsligger 2 en een spoorwegbedding bestaande uit een ballastbed 4 met steenslag 9. De dwarsliggers 2 rusten aldus via de elastische zolen 1 op het ballastbed 4.The invention generally relates to a sleepers on which rails of a railroad rest, preferably, a concrete sleepers. This cross-member is provided on the underside with one or more elastic soles on which the cross-member must rest, as shown diagrammatically in figures 1 and 2. The elastic soles 1 are located in a railway between the cross-beam 2 and a railway bed consisting of a ballast bed 4 with crushed stone 9. The sleepers 2 thus rest on the ballast bed 4 via the elastic soles 1.

Deze elastische zolen 1 zijn, bij voorkeur, voorzien van een onderzijde 7 met een reliëf 8 dat contact maakt met het steenslag 9 van het ballastbed 4. De elastische zool 1 vertoont hierbij een basis met een dikte B, die, bij voorkeur, minstens 5 mm bedraagt, met daarop opstaande delen 10, waarvan de hoogte A, bij voorkeur, 2 tot 15 mm bedraagt en welke het reliëf 8 vormen dat naar het ballastbed 4 wordt gekeerd. De opstaande delen 10 strekken zich dus uit naar het ballastbed 4 toe. Flet reliëf 8 vertoont bijgevolg holten 11 waarin steenslag 9 van het ballastbed 4 minstens gedeeltelijk kan indringen en/of opstaande delen 10 waartussen steenslag 9 van het ballastbed 4 minstens gedeeltelijk kan plaatsnemen. Hiermee omsluit de elastische zool 1 gedeeltelijk een deel van het steenslag 9. De holten 11 en/of opstaande delen 10 verhogen aldus het contactoppervlak van de elastische zool 1 met het ballastbed 4. Het relief 8 vormt aldus opstaande contactvlakken 14 die mede zorgen voor een verhoging van het contactoppervlak met het ballastbed 4 en ook zorgen voor een verhoging van de horizontale schuifweerstand. In vergelijking met een vlakke elastische zool 1 zonder reliëf 8 wordt daardoor een verbeterde laterale stabiliteit van de spoorweg bekomen.These elastic soles 1 are preferably provided with a bottom side 7 with a relief 8 which makes contact with the crushed stone 9 of the ballast bed 4. The elastic sole 1 herein has a base with a thickness B, which, preferably, is at least 5 mm, with upstanding parts 10 on it, the height A of which is preferably 2 to 15 mm and which form the relief 8 that is turned towards the ballast bed 4. The upright parts 10 thus extend towards the ballast bed 4. Flet relief 8 therefore has cavities 11 into which crushed stone 9 of the ballast bed 4 can penetrate at least partially and / or upright parts 10 between which crushed stone 9 of the ballast bed 4 can at least partially take place. Hereby the elastic sole 1 partially encloses a part of the crushed stone 9. The cavities 11 and / or upright parts 10 thus increase the contact surface of the elastic sole 1 with the ballast bed 4. The relief 8 thus forms upright contact surfaces 14 which also ensure a increasing the contact surface with the ballast bed 4 and also ensuring an increase in the horizontal sliding resistance. In comparison with a flat elastic sole 1 without relief 8, an improved lateral stability of the railway is thereby obtained.

De elastische zolen 1 strekken zich uit tegen de onderzijde 6 van de dwarsligger 2, onder de bevestigingszones 13 voor de spoorstaven 3 en, bij voorkeur, eveneens tegen de onderzijde 6 van de dwarsligger 2 tussen deze bevestigingszones 13. Zodoende strekken de elastische zolen 1 zich, bij voorkeur, uit onder nagenoeg de volledige dwarsligger 2. Bij voorkeur is de stijfheid van de elastische zolen 1,17,18 onder de bevestigingszones 13 hoger dan de stijfheid van de elastische zolen 1,19 tussen deze bevestigingszones 13. Hierdoor wordt de werking van de elastische zolen 1,17,18, die, bij voorkeur, als voornaamste steunpunten dienen onder de spoorbevestigingszones 13, nagenoeg niet beïnvloed.The elastic soles 1 extend against the underside 6 of the crossbar 2, below the fastening zones 13 for the rails 3 and, preferably, also against the underside 6 of the crossbar 2 between these fastening zones 13. Thus, the elastic soles 1 extend , preferably, from below substantially the entire cross member 2. Preferably, the stiffness of the elastic soles 1,17,18 below the fixing zones 13 is higher than the stiffness of the elastic soles 1,19 between these fixing zones 13. As a result, the operation of the elastic soles 1,17,18, which, preferably, serve as main supports under the track attachment zones 13, are substantially unaffected.

Verder heeft de uitvinding eveneens betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een spoorweg met dergelijke dwarsliggers 2 en elastische zolen 1 op een ballastbed 4.The invention also relates to a method for manufacturing a railroad with such sleepers 2 and elastic soles 1 on a ballast bed 4.

Volgens een eerste voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding is de onderzijde 6 van een betonnen dwarsligger 2 over nagenoeg de volledige lengte voorzien van een elastische zool 1, zoals weergegeven in de figuren 1, 3A en 3B. Hierbij kan, bijvoorbeeld, de elastische zool 1 via zijn bovenzijde 5 gekleefd zijn tegen de onderzijde 6 van de dwarsligger 2, ofwel kan, bijvoorbeeld, de bovenzijde 5 van de elastische zool 1 voorzien zijn van opstaande delen die in de onderzijde 6 van de dwarsligger 12 worden ingebed, zodat de zool 1 aan de dwarsligger 2 is verankerd.According to a first preferred embodiment of the invention, the underside 6 of a concrete sleeper 2 is provided with an elastic sole 1 over substantially the entire length, as shown in figures 1, 3A and 3B. Hereby, for example, the elastic sole 1 can be glued via its upper side 5 against the lower side 6 of the crossbar 2, or, for example, the upper side 5 of the elastic sole 1 can be provided with upright parts which are in the lower side 6 of the crossbar. 12 are embedded so that the sole 1 is anchored to the cross member 2.

Aan de bovenzijde 16 van de dwarsligger 2, ter hoogte van elk van de uiteinden 22, bevindt zich een spoorbevestigingszone 13. In deze zone 13 dienen de spoorstaven 3 van de spoorweg te worden bevestigd op de dwarsligger 2.At the top 16 of the sleeper 2, at the height of each of the ends 22, there is a rail fastening zone 13. In this zone 13, the rails 3 of the railroad must be attached to the sleeper 2.

Ter hoogte van deze spoorbevestigingszones 13 zijn een eerste en een tweede elastische zool 17,18 bevestigd aan de onderzijde 6 van de dwarsligger 2. Deze eerste en tweede elastische zolen 17,18 onder de spoorbevestigingszones 13 vormen steunpunten waarmee de dwarsligger 2 op het ballastbed 4 rust.At the level of these rail fastening zones 13, a first and a second elastic sole 17,18 are attached to the underside 6 of the crossbar 2. These first and second elastic soles 17,18 below the rail fastening zones 13 form support points with which the crossbar 2 on the ballast bed 4 peace.

De eerste en tweede elastische zolen 17,18 zijn aan hun onderzijde 7 voorzien van een reliëf 8 dat naar het ballastbed 4 toe is gekeerd, zoals weergegeven in figuur 2. Dit reliëf 8 is golvend in twee nagenoeg loodrecht op elkaar staande richtingen. Deze richtingen zijn mogelijk georiënteerd volgens de lengteas 20 van de dwarsligger 2 en dwars op deze lengteas 20. Hierdoor vertoont het reliëf 8 opstaande afgeknotte nagenoeg kegelvormige noppen 10. Deze noppen 10 vertonen schuin opstaande contactvlakken 14 welke een hoek α vormen met het vlak van de onderzijde 6 van de dwarsligger 2 die 5° tot 85° bedraagt en, bij voorkeur, 10° tot 30° bedraagt. Het reliëf 8 vertoont een hoogte A die overeenkomt met de hoogte van deze opstaande noppen 10 en bedraagt nagenoeg 2 tot 15 mm, bij voorkeur 5 tot 10 mm. De hoogte A van het reliëf 8 is dus het hoogteverschil tussen een top 15 van de noppen 10 en een dal 23 tussen deze noppen 10.The first and second elastic soles 17, 18 are provided on their underside 7 with a relief 8 that faces the ballast bed 4, as shown in Figure 2. This relief 8 is wavy in two substantially perpendicular directions. These directions may be oriented along the longitudinal axis 20 of the cross-beam 2 and transversely of this longitudinal axis 20. As a result, the relief 8 has upstanding truncated substantially conical studs 10. These studs 10 have obliquely upstanding contact surfaces 14 which form an angle α with the plane of the underside 6 of the sleeper 2 which is 5 ° to 85 ° and, preferably, 10 ° to 30 °. The relief 8 has a height A corresponding to the height of these upright studs 10 and is substantially 2 to 15 mm, preferably 5 to 10 mm. The height A of the relief 8 is therefore the difference in height between a top 15 of the studs 10 and a trough 23 between these studs 10.

De dikte C van de elastische zool 17,18 ter hoogte van de toppen 15 van de noppen 10 bedraagt, bij voorkeur, 7 tot 20 mm. De dikte B ter hoogte van de dalen 23 tussen de noppen 10 bedraagt, bij voorkeur, minimaal ongeveer 5 mm. Verder bedraagt de afstand D tussen twee opeenvolgende toppen 15 van de noppen 10, bij voorkeur, nagenoeg 20 tot 100 mm.The thickness C of the elastic sole 17,18 at the height of the tops 15 of the studs 10 is, preferably, 7 to 20 mm. The thickness B at the level of the valleys 23 between the studs 10 is, preferably, at least about 5 mm. Furthermore, the distance D between two consecutive tops 15 of the studs 10 is, preferably, substantially 20 to 100 mm.

Tussen deze eerste en tweede elastische zolen 17,18 is een derde elastische zool 19 tegen de onderzijde 6 van de dwarsligger 2 geplaatst. Bij voorkeur, sluit deze derde elastische zool 19 aan op de eerste en tweede elastische zolen 17,18 en, bij voorkeur, vertoont deze derde zool 19 een basis met een dikte B die nagenoeg gelijk is aan de dikte B van de basis van de eerste en tweede elastische zolen 17,18. Zo bedraagt de dikte B van de basis van de derde elastische zool 19 bij voorkeur eveneens minimaal ongeveer 5 mm.Between these first and second elastic soles 17,18, a third elastic sole 19 is placed against the underside 6 of the cross girder 2. Preferably, this third elastic sole 19 connects to the first and second elastic soles 17,18 and, preferably, this third sole 19 has a base with a thickness B that is substantially equal to the thickness B of the base of the first and second elastic soles 17,18. Thus, the thickness B of the base of the third elastic sole 19 is preferably also at least about 5 mm.

Volgens deze eerste uitvoeringsvorm kan de derde zool 19 mogelijk ook voorzien zijn van opstaande noppen 10 analoog aan deze van de eerste en tweede zolen 17,18, zoals weergegeven in figuur 3B. De elastische zool 1 aan een uiteinde 22 van de dwarsligger 2 wordt dus voorzien van reliëf 8 terwijl de elastische zool 1 in het midden 21 van de dwarsligger 2 vlak kan worden voorzien of eveneens kan worden voorzien van reliëf 8.According to this first embodiment, the third sole 19 may also be provided with upright studs 10 analogous to those of the first and second soles 17,18, as shown in figure 3B. The elastic sole 1 at an end 22 of the cross member 2 is thus provided with relief 8, while the elastic sole 1 can be provided flat in the middle 21 of the cross member 2 or can also be provided with relief 8.

Het materiaal van de elastische zolen 1,17,18,19 wordt zodanig gekozen dat de stijfheid van de eerste en tweede elastische zolen 17,18 ten opzichte van de stijfheid van de derde elastische zool 19 een verhouding heeft die groter is dan een factor 2.The material of the elastic soles 1,17,18,19 is chosen such that the stiffness of the first and second elastic soles 17,18 has a ratio that is greater than a factor of 2 relative to the stiffness of the third elastic sole 19 .

Dergelijke materialen zijn op zich gekend bij de vakman en kunnen, bijvoorbeeld, bestaan uit gerecycleerd rubber, natuurlijk of synthetisch rubber, harsgebonden rubber korrels, thermoplastisch elastomeer (TPE), Polyvinylchloride (PVC) en/of ethyleenvinylacetaat (EVA). De stijfheid van de elastische zolen 1,17,18,19 kan, bijvoorbeeld, worden beïnvloed door een aangepaste densiteit van het gebruikte materiaal. Mogelijk kunnen ook holten worden voorzien om zo de stijfheid te verlagen, niet weergegeven in de figuren. Verder kan de elastische zool 1,17,18,19 ook een geweven structuur bevatten ter versteviging van deze zool, niet weergegeven in de figuren.Such materials are known per se to the person skilled in the art and may, for example, consist of recycled rubber, natural or synthetic rubber, resin-bound rubber granules, thermoplastic elastomer (TPE), polyvinyl chloride (PVC) and / or ethylene vinyl acetate (EVA). The stiffness of the elastic soles 1,17,18,19 can, for example, be influenced by an adjusted density of the material used. It is also possible that cavities can be provided in order to lower the stiffness, not shown in the figures. Furthermore, the elastic sole 1,17,18,19 can also contain a woven structure to reinforce this sole, not shown in the figures.

Deze elastische zolen 1,17,18,19 kunnen worden vervaardigd volgens op zich gekende werkwijzen zoals bijvoorbeeld vulkanisatie, extrusie of protrusie.These elastic soles 1,17,18,19 can be manufactured according to known methods such as, for example, vulcanization, extrusion or protrusion.

De elastische zolen 1,17,18 steunen met de onderzijde 7, welke voorzien is van het reliëf 8, op het steenslag 9 van het ballastbed 4. Hierbij wordt het steenslag 9 minstens gedeeltelijk omgeven door de elastische zolen 1,17,18 en vult dit steenslag 9 dus minstens gedeeltelijk het reliëf 8 op. De opstaande noppen 10 strekken zich bijgevolg naar onder uit tot tussen het steenslag 9. De schuin opstaande contactvlakken 14 steunen hierbij tegen het steenslag 9. De laterale stabiliteit van de spoorweg wordt hierdoor sterk verbeterd.The elastic soles 1,17,18 rest with the underside 7, which is provided with the relief 8, on the crushed stone 9 of the ballast bed 4. Hereby the crushed stone 9 is at least partially surrounded by the elastic soles 1,17,18 and fills this crushed stone 9 therefore at least partially removes the relief 8. The upright studs 10 therefore extend downwards to between the crushed stone 9. The obliquely raised contact surfaces 14 hereby bear against the crushed stone 9. The lateral stability of the railway is hereby greatly improved.

Verder wordt, door plaatsing van een derde zool 19 naast de eerste en tweede zolen 17,18 het contactoppervlak met het ballastbed 4 nog verhoogd, zodat deze derde zool 19 eveneens een gunstig effect heeft op de laterale stabiliteit van de spoorweg. Dit effect wordt nog versterkt indien de derde zool 19 eveneens voorzien is van een reliëf 8 analoog aan dit van de eerste en tweede zolen 17,18, zoals weergegeven in de figuur 3B.Furthermore, by placing a third sole 19 next to the first and second soles 17, 18, the contact surface with the ballast bed 4 is further increased, so that this third sole 19 also has a favorable effect on the lateral stability of the railway. This effect is further enhanced if the third sole 19 is also provided with a relief 8 analogous to that of the first and second soles 17,18, as shown in Fig. 3B.

De derde zool 19, die zich tussen de eerste en tweede zolen 17.18 en tussen de onderzijde 6 van de dwarsligger 2 en het ballastbed 4 bevindt, verhindert ook een verstijving van de spoorweg die kan voorkomen door mogelijke ophoping van vuil en/of zand tussen de onderzijde 6 van de dwarsligger 2 en het ballastbed 4.The third sole 19, which is located between the first and second soles 17.18 and between the underside 6 of the crossbar 2 and the ballast bed 4, also prevents a stiffening of the railway which can occur due to possible accumulation of dirt and / or sand between the underside 6 of the sleeper 2 and the counterweight 4.

Door de keuze van een veel lagere stijfheid van de derde zool 19 ten opzichte van deze van de eerste en tweede elastische zolen 17,18 zal de derde zool 19 bovendien de werking van de eerste en tweede elastische zolen 17.18 nagenoeg niet beïnvloeden.Moreover, by choosing a much lower stiffness of the third sole 19 relative to that of the first and second elastic soles 17,18, the third sole 19 will practically not influence the operation of the first and second elastic soles 17,18.

Een tweede voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding, niet weergegeven in de figuren, verschilt van de eerste uitvoeringsvorm doordat de onderzijde 7 van minstens de eerste en de tweede elastische zolen 17,18 voorzien is van een reliëf 8 bestaande uit piramidevormige noppen 10. Deze piramidevormige noppen 10 kunnen eventueel afgeknot zijn.A second preferred embodiment of the invention, not shown in the figures, differs from the first embodiment in that the underside 7 of at least the first and the second elastic soles 17,18 is provided with a relief 8 consisting of pyramidal studs 10. These pyramidal studs 10 may be truncated.

Een derde voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding, niet weergegeven in de figuren, verschilt van de eerste uitvoeringsvorm doordat de onderzijde 7 van minstens de eerste en de tweede elastische zolen 17,18 voorzien is van een reliëf 8 bestaande uit groeven 11 waarin het steenslag 9 van het ballastbed 4 minstens gedeeltelijk kan indringen.A third preferred embodiment of the invention, not shown in the figures, differs from the first embodiment in that the underside 7 of at least the first and the second elastic soles 17,18 is provided with a relief 8 consisting of grooves 11 in which the crushed stone 9 of the ballast bed 4 can penetrate at least partially.

De groeven 11 staan, bij voorkeur, nagenoeg dwars op de dwarsligger 2. Mogelijk zijn eveneens groeven 11 voorzien welke nagenoeg parallel met de dwarsligger 2 zijn georiënteerd.The grooves 11 are, preferably, substantially transverse to the cross-member 2. Possibly also grooves 11 are provided which are oriented substantially parallel to the cross-member 2.

Een vierde mogelijke uitvoeringsvorm van de uitvinding, weergegeven in de figuur 3C, verschilt van de eerste uitvoeringsvorm doordat de onderzijde 7 van minstens de eerste en tweede elastische zolen 17,18 voorzien is van een reliëf 8 bestaande uit opstaande ribben die een rooster vormen, waarbij tussen de ribben 10 steenslag 9 van het ballastbed 4 kan plaatsnemen.A fourth possible embodiment of the invention, shown in Figure 3C, differs from the first embodiment in that the underside 7 of at least the first and second elastic soles 17,18 is provided with a relief 8 consisting of upright ribs forming a grid, wherein crushed stone 9 of the ballast bed 4 can take place between the ribs 10.

Een eerste reeks ribben 10 staan nagenoeg dwars georiënteerd op de dwarsligger 2, terwijl een tweede reeks ribben 10 nagenoeg dwars staan op de eerste reeks ribben 10, dit is nagenoeg parallel met de dwarsligger 2.A first series of ribs 10 are oriented substantially transversely to the cross member 2, while a second series of ribs 10 are substantially transverse to the first series of ribs 10, this is substantially parallel to the cross member 2.

Deze ribben 10 vertonen schuin opstaande contactvlakken 14 welke een hoek α vormen met het vlak van de onderzijde 6 van de dwarsligger 2 die 5° tot 85° bedraagt en, bij voorkeur, 10° tot 30° bedraagt. De hoogte A van deze opstaande ribben 10 bedraagt nagenoeg 2 tot 15 mm. De afstand D tussen de opeenvolgende ribben 10 bedraagt nagenoeg 20 mm tot 100 mm.These ribs 10 have obliquely raised contact surfaces 14 which form an angle α with the surface of the underside 6 of the cross-member 2 which is 5 ° to 85 ° and, preferably, 10 ° to 30 °. The height A of these upright ribs 10 is approximately 2 to 15 mm. The distance D between the successive ribs 10 is substantially 20 mm to 100 mm.

Volgens een variante van deze vierde uitvoeringsvorm staan de eerste en de tweede reeks ribben 10 nagenoeg dwars op elkaar en zijn deze ribben 10 nagenoeg georiënteerd in een hoek die nagenoeg 45° bedraagt ten opzichte van de lengterichting 20 van de dwarsligger 2.According to a variant of this fourth embodiment, the first and the second series of ribs 10 are substantially transverse to each other and these ribs 10 are substantially oriented at an angle which is substantially 45 ° with respect to the longitudinal direction 20 of the sleeper 2.

Een vijfde uitvoeringsvorm van de uitvinding, niet weergegeven in de figuren, verschilt van de vorige uitvoeringsvormen doordat de eerste en tweede elastische zolen 17,18 en ook de derde elastische zool 19 geen reliëf 8 vertonen aan hun onderzijde. De stijfheid van de eerste en tweede elastische zolen 17,18 is hierbij groter dan de stijfheid van de derde elastische zool 19. Bij voorkeur vertonen deze stijfheden een verhouding die groter is dan een factor 2.A fifth embodiment of the invention, not shown in the figures, differs from the previous embodiments in that the first and second elastic soles 17,18 and also the third elastic sole 19 have no relief 8 on their underside. The stiffness of the first and second elastic soles 17,18 is hereby greater than the stiffness of the third elastic sole 19. Preferably, these stiffnesses have a ratio that is greater than a factor of 2.

Een zesde uitvoeringsvorm van de uitvinding, niet weergegeven in de figuren, verschilt van de vorige uitvoeringsvormen doordat de eerste, de tweede en de derde elastische zolen 1,17,18,19 uit een stuks zijn vervaardigd, waarbij deze elastische zool 1 minstens onder de spoorbevestigingszones 13 aan de uiteinden 22 van de dwarsligger 2 voorzien is van een van bovenstaande reliëfvormen 8.A sixth embodiment of the invention, not shown in the figures, differs from the previous embodiments in that the first, second and third elastic soles 1,17,18,19 are made of one piece, said elastic sole 1 being at least below the track attachment zones 13 at the ends 22 of the cross-beam 2 are provided with one of the above-mentioned relief shapes 8.

Een zevende uitvoeringsvorm van de uitvinding, niet weergegeven in de figuren, verschilt van de vorige uitvoeringsvormen doordat geen elastisch zool 19 wordt voorzien onder het midden 21 van de dwarsligger 2, maar enkel een elastische zool 17,18 met reliëf 8 onder de dwarsligger 2 ter hoogte van de spoorbevestigingszones 13.A seventh embodiment of the invention, not shown in the figures, differs from the previous embodiments in that no elastic sole 19 is provided below the center 21 of the sleeper 2, but only an elastic sole 17.18 with relief 8 under the sleeper 2b height of the rail fastening zones 13.

Volgens een achtste uitvoeringsvorm van de uitvinding, niet weergegeven in de figuren, wordt een elastische zool 19 met een onderzijde 7 voorzien van een reliëf 8 geplaatst onder het midden 21 van de dwarsligger 2 tussen elastische zolen 17,18 met een vlakke onderzijde 7. Aldus wordt een elastische zool 1,17,18,19 voorzien onder de volledige dwarsligger 2. Hierbij is de elastische zool 19 onder het midden 21 van de dwarsligger 2 soepeler dan de elastische zolen 17,18 welke voorzien worden onder de spoorbevestigingszones 13. De elastische zool 19 onder het midden 21 van de dwarsligger 2 zal de laterale stabiliteit van de spoorweg verbeteren en verhindert eveneens verstijving van de spoorweg door het verhinderen van het dichtslibben van het spoorwegbed onder de dwarsligger 2.According to an eighth embodiment of the invention, not shown in the figures, an elastic sole 19 with a underside 7 provided with a relief 8 is placed below the center 21 of the cross-member 2 between elastic soles 17,18 with a flat underside 7. Thus an elastic sole 1,17,18,19 is provided underneath the complete cross member 2. Here, the elastic sole 19 below the center 21 of the cross member 2 is more flexible than the elastic soles 17,18 which are provided under the track attachment zones 13. The elastic sole sole 19 below the center 21 of the sleeper 2 will improve the lateral stability of the railway and also prevents stiffening of the railway by preventing the railway bed from clogging up under the sleeper 2.

Een negende uitvoeringsvorm van de uitvinding, weergegeven in de figuur 3E, verschilt van de vorige uitvoeringsvormen doordat enkel een eerste en tweede elastische zool 17,18 voorzien is onder de spoorbevestigingszones 13, waarbij de onderzijde van deze zolen 17,18 voorzien is van een reliëf 8, zonder dat ook een derde elastische zool 19 voorzien is in het midden 21 van de dwarsligger 2.A ninth embodiment of the invention, shown in Figure 3E, differs from the previous embodiments in that only a first and second elastic sole 17, 18 are provided below the rail fastening zones 13, the underside of these soles 17, 18 being provided with a relief 8, without a third elastic sole 19 also being provided in the middle 21 of the sleeper 2.

De uitvinding heeft eveneens betrekking op een werkwijze voor het installeren van een spoorweg met dwarsliggers 2 waarop aan de bovenzijde 16 ervan spoorstaven 3 rusten zoals hierboven beschreven en waarbij deze dwarsliggers 2 via elastische zolen 1,17,18,19 rusten op een ballastbed 4 met steenslag 9. Bij deze werkwijze wordt tegen de onderzijde 6 van de dwarsligger 2 minstens een elastische zool 1,17,18,19 bevestigd. Deze elastische zool 1 vertoont aan zijn onderzijde 7 een reliëf 8 dat tegen het ballastbed 4 wordt geplaatst en dat minstens een deel van het steenslag 9 van het ballastbed 4 gedeeltelijk omsluit.The invention also relates to a method for installing a railway with sleepers 2 on which rails 3 rest on top thereof 16 as described above and wherein these sleepers 2 rest on elastic ballast bed 4 via elastic soles 1,17,18,19 crushed stone 9. In this method, at least one elastic sole 1,17,18,19 is attached to the underside 6 of the crossbar 2. This elastic sole 1 has on its underside 7 a relief 8 which is placed against the ballast bed 4 and which partially encloses at least part of the crushed stone 9 of the ballast bed 4.

Volgens een werkwijze van de uitvinding wordt daarbij nagenoeg de volledige onderzijde 6 van de dwarsligger 2 over minstens de volledige lengte ervan bekleed met minstens een elastische zool 1 die hieraan wordt bevestigd.According to a method of the invention, substantially the entire underside 6 of the cross-member 2 is covered over at least the entire length thereof with at least one elastic sole 1 which is attached thereto.

De uitvinding is natuurlijk niet beperkt tot de hierboven beschreven werkwijze en inrichting volgens de uitvinding. Zo kan het reliëf 8 aan de onderzijde 7 van de elastische zolen 1 bestaan uit allerhande soorten profielen en motieven waarbij opstaande delen 10 minstens gedeeltelijk tussen het steenslag 9 van het ballastbed 4 kunnen indringen. Zo kan het reliëf 8 bestaan uit een visgraatmotief zoals weegegeven in figuur 3D. Zo kan mogelijk ook van de onderzijde 7 van de elastische zolen 1,17,18,19 slechts gedeeltelijk voorzien zijn van een reliëf 8.The invention is of course not limited to the method and device according to the invention described above. For example, the relief 8 on the underside 7 of the elastic soles 1 can consist of all kinds of profiles and motifs, whereby upright parts 10 can penetrate at least partially between the stone block 9 of the ballast bed 4. For example, the relief 8 may consist of a herringbone pattern as shown in Figure 3D. Thus, possibly also from the underside 7 of the elastic soles 1,17,18,19 can only be partially provided with a relief 8.

Claims

Elastic sole (1) with a cross-member (2) on which rails (3) of a railroad must rest, wherein this elastic sole (1) is intended to connect between the cross-member (2) and a ballast bed (4) with crushed stone (9) and wherein the elastic sole (1) has an upper side (5) which is attached to a lower side (6) of the sleeper (2), characterized in that the elastic sole (1) has a relief (8) has a lower side (7) of the elastic sole (1), the relief (8) comprising upright parts (10) which have to extend at least partially between the crushed stone (9) of the ballast bed (4) on which the elastic sole sole (1) must be supported, as a result of which the elastic sole (1) at least partially encloses the crushed stone (9).

An elastic sole (1) with a cross-member (2) according to claim 1, wherein said relief (8) is formed at least partially by a wavy surface that is, preferably, wavy in two substantially perpendicular directions.

Elastic sole (1) with a cross-member (2) according to claim 1 or 2, wherein said relief (8) comprises ribs (12) which, preferably, are oriented in two substantially perpendicular directions.

Elastic sole (1) with a sleeper (2) according to any of claims 1 to 3, wherein said relief (8) extends at least below a rail attachment zone (13) of the sleeper (2) where rails are on the sleeper (2) ) must be confirmed.

The elastic sole (1) with a cross-member (2) according to any of claims 1 to 4, wherein said relief (8) extends over substantially the entire underside (7) of the elastic sole (8).

Elastic sole (1) with a sleeper (2) according to any of claims 1 to 5, wherein the elastic sole (1) extends over substantially the entire underside (6) of the sleeper (2).

Elastic sole (1) with a crossbar (2) according to one of claims 1 to 6, wherein the relief (8) has obliquely raised contact surfaces (14) which form an angle (a) with the underside (6) of the cross member (2) which is 5 ° to 85 °, preferably 10 ° to 30 °.

Elastic sole (1) with a sleeper (2) according to one of claims 1 to 7, wherein the stiffness of the elastic sole (1) below track attachment zones (13) provided on the top side (16) of the sleeper (16) 2) is higher than the stiffness of the elastic sole (1) under the crossbar (2) between the rail attachment zones (13).

The elastic sole (1) with a cross-member (2) according to any of claims 1 to 8, wherein the elastic sole (1) is composed of at least three adjacent soles: a first sole (17) located underneath a first rail attachment zone (13); a second sole (18) located below a second track attachment zone (13); and a third sole (19) located between the track attachment zones (13), between the first and the second soles (17,18).

The elastic sole (1) with a cross-member (2) according to claim 9, wherein the third sole (19) is less rigid than the first and second soles (17, 18).

Elastic sole (1) with a cross-member (2) according to one of claims 9 or 10, wherein the third sole (19) has a rigidity that is at least a factor of two lower than the rigidity of the first and second soles ( 17.18).

Elastic sole (1) with a cross-member (2) according to one of claims 9 to 11, wherein the first, second and third soles (17, 18, 19) abut against each other and substantially the entire underside (6) of the cover the cross member (2).

Elastic sole (1) with a crossbar (2) according to one of claims 1 to 12, wherein the relief (8) has a height (A) that is approximately 2 to 15 mm and, preferably, approximately 5 to 10 mm.

Elastic sole (1) with a crossbar (2) according to one of claims 1 to 13, wherein the elastic sole (1) is made from recycled rubber, rubber, resin-bound rubber granules, thermoplastic elastomer (TPE), polyvinyl chloride (PVC) ) and / or ethylene vinyl acetate (EVA).

Method for manufacturing a railroad with a rail (3) resting in at least one rail fastening zone (13) on an upper side (16) of a sleeper (2), said sleeper (2) resting on a ballast bed (4) with crushed stone (9), wherein at least one elastic sole (1) is provided between the sleeper (2) and the counterweight bed (4), characterized in that against an underside (6) of the sleeper (2), which goes to the counterweight bed (4) ), at least one elastic sole (1) is attached, said elastic sole (1) exhibiting a relief (8) that is placed against the ballast bed (4), said relief (8) at least part of the crushed stone (1) 9) partially encloses the ballast bed (4).

A method according to claim 15, wherein substantially the entire underside (6) of the sleeper (2) is covered with at least one elastic sole (1).

A method according to claim 16, wherein the elastic sole (1) in the center (21) of the sleeper (2) is chosen more smoothly than the elastic sole (1) at one end (22) of the sleeper (2).

A method according to claim 17, wherein said elastic sole (1) is selected with a stiffness which is at least a factor 2 lower in the center (21) of the sleeper (2) than at an end (22) of the sleeper ( 2).

A method according to any of claims 16 to 18, wherein the elastic sole (1) is provided with a relief (8) below a track attachment zone (13) while the elastic sole (1) is provided flat between the track attachment zones (13) or also provided with said relief (8).

A method according to any one of claims 15 to 19, wherein under a first and a second rail attachment zone (13) of the sleeper (2) at least a first (17) and, respectively, at least a second elastic sole (18) against the bottom (6) of the sleeper (2) is attached.

Method according to claim 20, wherein between these first and second elastic soles (17, 18) at least one third elastic sole (19) is placed between the rail fastening zones (13) against the underside (6) of the cross-member (2) confirmed.

The method of claim 21, wherein the stiffness of said third elastic sole (19) is selected so that it is lower than the stiffness of the first and second elastic soles (17, 18).

A method according to any of claims 20 to 22, wherein the third elastic sole (19) is subsequently placed against the first and second elastic soles (17, 18).

A method according to any one of claims 20 to 23, wherein at least the first and second elastic soles (17, 18) are provided on their underside (7) with said relief (8) for placing this against the ballast bed (4).