NL9301572A - absorptiemateriaal, geschikt voor toepassing in of naast een reinigingssamenstelling, alsmede werkwijze voor het vervaardigen en toepassen van het absorptiemateriaal. - Google Patents

Description

Korte aanduiding: absorptiemateriaal, geschikt voor toepassing in of naast een reinigingssamenstelling, alsmede werkwijze voor het vervaardigen en toepassen van het absorptiemateriaal.

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een absorptiemateriaal, geschikt voor toepassing in of met een reinigingssamenstelling, in het bijzonder een tex-tielreinigingsmiddel, dat tenminste een fijn verdeeld houtmateriaal omvat.

Een dergelijk absorptiemateriaal is bekend uit de Europese aanvrage EP-A-0 178 566. Hierin wordt een poedervormig tapijtreinigingsmiddel beschreven dat in hoofdzaak bestaat uit cellulosepoeder, organisch oplosmiddel en water. Het absorptiemateriaal, cellulosepoeder, heeft hier in het algemeen een zeer kleine deeltjesgrootte en wordt bereid uit beukenhout.

De zeer kleine deeltjesgrootte van het cellulosepoeder volgens EP-A-0 178 566 maakt het vaak moeilijk om het poeder te verwijderen. Tevens blijkt de absorberende werking van het cellulosepoeder niet geheel bevredigend te zijn zodat er nog steeds een behoefte bestaat aan een absorptiemateriaal met betere absorberende werking.

De onderhavige uitvinding beoogt bovengenoemde nadelen te vermijden en is daartoe gekenmerkt doordat het houtmateriaal afkomstig is van tenminste twee houtsoorten en houtzaagsel, houtvezels of houtmeel omvat en dat het houtmateriaal door zeven is geselecteerd op een gemiddelde deeltjesafmeting van 0,1-0,2 mm voor tenminste één der houtsoorten.

De toepassing van een dergelijk houtmateriaal dat twee houtsoorten omvat, waarvan één met de bovengenoemde specifieke deeltjesgrootte, verschaft een absorptiewer-king die beter is dan de absorptiewerking van bekende absorptiemiddelen. Daarbij is de deeltjesgrootte van het absorptiemateriaal volgens de uitvinding zodanig dat de deeltjes na gebruik gemakkelijk te verwijderen zijn.

Doelmatig heeft het houtmateriaal van tenminste één der houtsoorten een gemiddelde deeltjesafmeting van 0,15-0,20 millimeter.

Bij voorkeur heeft het houtmateriaal van tenminste één der houtsoorten een gemiddelde deeltjesafmeting van 0,18-0,19 millimeter.

Doelmatig bedraagt de gemiddelde deeltjesafmeting van de andere houtsoort(en) 0,1 - 0,8 mm.

Bij voorkeur is het fijnverdeelde materiaal afkomstig van de fijnspar en vurehout.

Deze houtsoorten verschaffen een absorptiemateriaal dat bij de bovengenoemde specifieke deeltjesgrootten van de houtsoorten een zeer goede absorberende werking vertoont .

In een zeer gunstige uitvoeringsvorm is het gezeefde houtmateriaal aan een wrijf- of persbewerking onderworpen.

Door het houtmateriaal aan bovengenoemde bewerking te onderwerpen worden de deeltjes als het ware samengeperst zodat ze bij toepassing meer kunnen zwellen en een relatief grote hoeveelheid vloeistof op kunnen zuigen. Het wrijven of persen bevordert derhalve het zuigvermogen van de deeltjes.

De onderhavige uitvinding heeft tevens betrekking op een reinigingssamenstelling, in het bijzonder een tex-tielreinigingsmiddel, die tenminste een fijn verdeeld houtmateriaal, een of meer tensiden en gebruikelijke toevoegstoffen omvat. Deze reinigingssamenstelling is gekenmerkt doordat het fijnverdeelde houtmateriaal een absorptiemateriaal is zoals bovenstaand is beschreven.

De toe te passen tensiden of reinigende stoffen kunnen van velerlei aard zijn zoals niet-ionische-, anionische-, sulfaat-type- en sulfonaat-type tensiden die de vakman bekend zijn, alsmede zeepprodukten. Bij voorkeur wordt gebruik gemaakt van biologisch goed afbreekbare reinigende stoffen.

Door het absorptiemateriaal toe te passen in een reinigingssamenstelling zullen de tensiden en toevoeg-stoffen hun gebruikelijke reinigende werking uitoefenen en zal het absorptiemateriaal de aanwezige vloeibare bestanddelen, tezamen met het vuil, adsorberen.

In het bijzonder is de reinigingssamenstelling vermengd met een hoeveelheid water die geringer is dan de hoeveelheid water die nodig is om een maximale zwelling te veroorzaken.

Door de reinigingssamenstelling te vermengen met een hoeveelheid water die geringer is dan de hoeveelheid water die het absorptiemiddel verzadigt kan het water dienen om het vuil dat aanwezig is in het te reinigen materiaal op te lossen en kan het absorptiemateriaal tegelijkertijd een zuigkracht uitoefenen.

In een doelmatige uitvoeringsvorm is 1 kg reinigingssamenstelling met ten hoogste 2 kg water vermengd.

Deze hoeveelheid water ten opzichte van de reinigingssamenstelling veroorzaakt een nagenoeg maximale zwelling.

Met voordeel is 1 kg reinigingssamenstelling met 1-1,5 kg water vermengd.

Deze hoeveelheid water ten opzichte van de reinigingssamenstelling veroorzaakt een zwelling die zodanig is dat de deeltjes nog niet verzadigd zijn en derhalve nog een zuigkracht kunnen uitoefenen om een zekere hoeveelheid vloeistof op nemen.

De onderhavige uitvinding heeft tevens betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een absorptiemateriaal, geschikt voor toepassing in of met een reinigingssamenstelling volgens de bovenstaande beschrijving. Deze werkwijze is gekenmerkt doordat in opeenvolgende stappen één of meer houtsoorten fijn worden verdeeld, de fijn verdeelde houtsoorten worden gezeefd en vervolgens de fijn verdeelde houtsoorten met de gewenste deeltjesgrootte aan een wrijf- respectievelijk persbehandeling worden onderworpen.

Het fijn verdelen van de houtsoorten vindt in het algemeen mechanisch plaats. De fijn verdeelde houtsoorten zullen zeer verschillend zijn van deeltjesgrootte zodat een zeefbewerking noodzakelijk is om een bepaalde gemiddelde deeltjesgrootte te verkrijgen. Wanneer de deeltjes met de gewenste afmetingen verkregen zijn worden ze vervolgens onderworpen aan een pers- of wrijfbewerking, waardoor ze als het ware worden samengedrukt en, bij het in aanraking komen met een vloeistof, een relatief grote zuigkracht verkrijgen.

De wrijf- of persbewerking kan op vele manieren worden uitgevoerd. Bijzonder bruikbaar blijkt een samenstel tegengesteld roterende platen die in aanraking met elkaar zijn en waartussen het te behandelen houtmateriaal wordt toegevoerd. Door het regelen van de druk en de rotatiesnelheid van de platen kan de samenpersing worden bepaald; eventueel kan warmte worden toegevoerd. Voor de vakman zijn echter ook andere behandelingsinrichtingen mogelijk zoals kalanders, spindelpersen etc.

De onderhavige uitvinding heeft ook betrekking op een werkwijze voor het reinigen van een tapijt, waarin een tapijtreinigingsmiddel wordt aangebracht op een tapijt en na een voorafgaande inwerktijd wordt verwijderd. Deze werkwijze is gekenmerkt doordat alvorens het tapijtreinigingsmiddel wordt verwijderd op het tapijt het absorptiemateriaal dat bovenstaand is beschreven wordt aangebracht.

Door een tapijtreinigingsmiddel, bestaande uit tensiden alsmede gebruikelijke toevoegstoffen, op het tapijt aan te brengen zal, eventueel na bevochtiging, het middel inwerken op het vuil dat aanwezig is in het tapijt en dit vuil oplossen of aan zich binden. Na een bepaalde inwerktijd kan het absorptiemateriaal worden aangebracht. Het absorptiemateriaal zuigt de vloeibare bestanddelen met het mogelijk daarin opgeloste vuil op. Vervolgens kunnen het absorptiemateriaal en de vaste bestanddelen van het reinigingsmiddel worden verwijderd.

In een andere uitvoeringsvorm is het absorptiemate-riaal aanwezig in de reinigingssamenstelling en wordt dit tapijtreinigingsmiddel aangebracht op het tapijt en vervolgens bevochtigd met water.

Het tapijtreinigingsmiddel bestaat in dit geval uit het eerder beschreven fijn verdeelde houtmateriaal, een of meer tensiden en gebruikelijke toevoegstoffen. Door dit tapijtreinigingsmiddel aan te brengen op het tapijt en vervolgens te bevochtigen met water zal het vuil oplossen in of tenminste opgenomen worden door de tensiden en toevoegstoffen. Het aanwezige absorptiemateriaal, het fijn verdeelde houtmateriaal, is reeds aanwezig en kan de vloeibare bestanddelen, waarin het vuil zich bevindt, opzuigen.

In een volgende uitvoeringsvorm wordt een tapijtrei-nigingssamenstelling toegepast die voorafgaand bevochtigd is met water en waarbij na het aanbrengen ervan op het tapijt nog een hoeveelheid absorptiemateriaal zoals bovenstaand is beschreven wordt toegevoegd. Door de bevochtiging van het tapijtreinigingsmiddel voorafgaand aan zijn toepassing is het mogelijk dat het in het tapijtreinigingsmiddel aanwezige absorptiemateriaal reeds in verregaande mate verzadigd is. Het achteraf toevoegen van een hoeveelheid absorptiemateriaal biedt echter voldoende zuigkracht om de vloeibare bestanddelen, met daarin opgelost het vuil, op te zuigen.

De onderhavige uitvinding zal nu verder worden toegelicht aan de hand van enkele voorbeelden.

Voorbeeld 1

Fijn verdeeld houtmateriaal, bestaande uit een mengsel van fijnspar en vurehout, dat aan een wrijf-en/of persbewerking was onderworpen werd vergeleken met fijn verdeeld houtmateriaal van overeenkomstige soort en deeltjesafmeting dat na zeven verder aan geen enkele bewerking was onderworpen. Hiertoe werd vergeleken hoe- veel vloeistof de deeltjes op konden nemen. De resultaten zijn getoond in de onderstaande tabel 1.

Uit de tabel blijkt dat houtmateriaal dat zowel aan een wrijf- als aan een persbewerking is onderworpen de grootste hoeveelheid vloeistof op kan nemen. Houtmateria-len die aan een wrijf- dan wel een persbewerking zijn onderworpen nemen een, onderling ongeveer gelijke, iets kleinere hoeveelheid vloeistof op. Houtmateriaal dat in het geheel niet aan een bewerking is onderworpen neemt ongeveer 4 maal zo weinig vloeistof op als houtmateriaal dat aan beide bewerkingen is onderworpen en ongeveer 3 maal zo weinig als houtmateriaal dat aan één van beide bewerkingen is onderworpen.

Voorbeeld 2

Het zuigvermogen van houtdeeltjes werd gemeten aan de hand van hun volumevergroting bij het toevoegen van vloeistof aan de deeltjes. Hiertoe werd aan 1 kg fijn verdeeld houtmateriaal volgens de uitvinding, dat onderworpen was aan een wrijf- en/of persbewerking, water toegevoegd totdat de deeltjes geen water meer absorbeer den. Het volume van de deeltjes was nu driemaal zo groot. Hetzelfde experiment werd uitgevoerd bij deeltjes die niet waren onderworpen aan een wrijf- en/of persbewerking. Het volume van deze deeltjes vergrootte bij de toevoeging van water slechts 1,66 maal.

Voorbeeld 3

Absorptiemateriaal volgens de uitvinding, bestaande uit een houtzaagsel-mengsel van fijnspar en vurehout dat aan een wrijf- en persbewerking is onderworpen en waarbij de fijnspar-deeltjes een gemiddelde deeltjesafmeting hebben van 0,185 mm, werd vergeleken met absorptiemateriaal, bestaande uit een andere houtsoort die eveneens aan een wrijf- en persbewerking is onderworpen, voor het absorptievermogen. In de onderstaande tabel 2 zijn de resultaten getoond.

TABEL 2 houtmateriaal hoeveelheid opcrenomen vloeistof fijnspar/vurehout (1 kg) 2,5 liter beukenhout (1 kg) 2 liter

Uit de tabel blijkt dat het onderwerpen van een houtsoort aan een wrijf- en persbewerking een zeer goede absorberende werking aan het hout verleent. Door gebruik te maken van twee houtsoorten, in het bijzonder fijnspar en vurehout, wordt de absorberende werking in vergelijking met het gebruik van een enkele houtsoort nog groter.

Claims (14)

1. Absorptiemateriaal, geschikt voor toepassing in of met een reinigingssamenstelling, in het bijzonder een textielreinigingsmiddel, dat tenminste een fijn verdeeld houtmateriaal omvat, met het kenmerk dat het houtmateri-aal afkomstig is van tenminste twee houtsoorten en houtzaagsel, houtvezels of houtmeel omvat en dat het houtmateriaal door zeven is geselecteerd op een gemiddelde deeltjesafmeting van 0,1-0,2 mm voor tenminste één der houtsoorten.

2. Absorptiemateriaal volgens conclusie 1, met het kenmerk dat het houtmateriaal van tenminste één der houtsoorten een gemiddelde deeltjesafmeting van 0,15-0,20 mm heeft.

3. Absorptiemateriaal volgens conclusie 2, met het kenmerk dat het houtmateriaal van tenminste één der houtsoorten een gemiddelde deeltjesafmeting van 0,18-0,19 mm heeft.

4. Absorptiemateriaal volgens één of meer van de conclusies 1-3, met het kenmerk dat de gemiddelde deeltj e-safmeting van de andere houtsoort (en) 0,1 - 0,8 mm bedraagt .

5. Absorptiemateriaal volgens een of meer der conclusies 1-3, met het kenmerk dat het fijn verdeelde houtmateriaal afkomstig is van fijnspar en vurehout.

6. Absorptiemateriaal volgens een of meer van de conclusies 1-4, met het kenmerk dat het gezeefde houtmateriaal aan een wrijf- en/of persbewerking onderworpen is.

7. Reinigingssamenstelling, in het bijzonder een tex-tielreinigingsmiddel, die tenminste een fijn verdeeld houtmateriaal, één of meer tensiden en gebruikelijke toevoegstoffen omvat, met het kenmerk dat het fijn verdeelde houtmateriaal een absorptiemateriaal is volgens een of meer van de conclusies 1-5.

8. Reinigingssamenstelling volgens conclusie 6, met het kenmerk dat de reinigingssamenstelling is vermengd met een hoeveelheid water die geringer is dan de hoeveelheid water die nodig is om een maximale zwelling te veroorzaken bij afwezigheid van vrij vocht.

9. Reinigingssamenstelling volgens conclusie 7, met het kenmerk dat 1 kg reinigingssamenstelling met ten hoogste 2 kg water is vermengd.

10. Reinigingssamenstelling volgens conclusie 7 of 8, met het kenmerk dat 1 kg reinigingssamenstelling met 1-1,5 kg water is vermengd.

11. Werkwijze voor het vervaardigen van een absorptiemateriaal voor een reinigingssamenstelling volgens een of meer der conclusies 1-5, met het kenmerk dat in opeenvolgende stappen een of meer houtsoorten fijn worden verdeeld, de fijn verdeelde houtsoorten worden gezeefd en vervolgens de fijn verdeelde houtsoorten met de gewenste deeltjesgrootte aan een wrijf- respectievelijk persbehandeling worden onderworpen.

12. Werkwijze voor het reinigen van een tapijt waarin een tapijtreinigingsmiddel wordt aangebracht op een tapijt na een voorafgaande inwerktijd wordt verwijderd, met het kenmerk dat alvorens het tapijtreinigingsmiddel wordt verwijderd op het tapijt het absorptiemateriaal volgens conclusies 1-5 wordt aangebracht.

13. Werkwijze volgens conclusie 11, met het kenmerk dat het tapijtreinigingsmiddel een reinigingssamenstelling volgens conclusie 6 omvat die na het aanbrengen op het tapijt wordt bevochtigd met water.

14. Werkwijze volgens conclusie 12, met het kenmerk dat het tapijtreinigingsmiddel een reinigingssamenstelling volgens een of meer van de conclusies 7-9 is en na het aanbrengen op het tapijt ervan nog een hoeveelheid ab-sorptiemateriaal volgens een of meer van de conclusies 1-5 wordt toegevoegd.