NL1015527C2

NL1015527C2 - Sailing boat monohull with contoured base forming two mini-hulls with concave centre section, all below waterline when boat is level

Info

Publication number: NL1015527C2
Application number: NL1015527A
Authority: NL
Inventors: Frans Lemmers
Original assignee: Frans Lemmers
Priority date: 2000-06-26
Filing date: 2000-06-26
Publication date: 2001-12-28

Abstract

The main hull has two convex mini-hulls (3), whose axes (5) are parallel. Each has a tapered nose (4). They are joined by and are continuous with the concave centre section (8), which remains below the water line when the boat is level. A stabiliser (20) restricts the volume of water displaced in the funnel-shaped channel (11).

Description

Korte aanduiding: Zeilboot met een scheepsromp met een geprofileerde dwarsdoorsnede.Short designation: Sailboat with a hull with a profiled cross section.

5 De uitvinding heeft betrekking op een zeilboot volgens de aan hef van conclusie 1.The invention relates to a sailing boat according to the preamble of claim 1.

Een dergelijke zeilboot is bekend uit EP-A-298 050. In fig. 1 van deze Europese octrooiaanvrage is een zeilboot met een scheepsromp geopenbaard met een zich over de lengte van de boot uitstrekkend, in 10 het langsmidden gelegen kiellichaam met een U-vormige dwarsdoorsnede. Aan weerszijden van het kiellichaam bevinden zich eveneens over de lengte van de boot uitstrekkende concave hollingen die op hun beurt overgaan in twee zich over de lengte van de boot uitstrekkende convex gekromde zij lichamen. De zij lichamen bevinden zich hierbij op een 15 hoger niveau dan het kiellichaam. Het kiellichaam en de beide zij lichamen vormen tezamen een gesloten scheepsromp, en monden aan de boegzijde uit in één en hetzelfde scherpe neusdeel. Deze specifieke scheepsrompvorm maakt hoge snelheden bij ruime windse koersen mogelijk. De vorm van het kiellichaam zorgt er bij deze koersen voor dat 20 de romp door verticale aërodynamische krachten enigszins omhoog wordt getild, waarbij de twee zij lichamen uit het water worden getild. Aldus ontstaat een verkleining van het natte oppervlak van de scheepsromp, waarmee bij de ruimere koersen hogere planeersnelheden kunnen worden bereikt dan ten opzichte van een kielschip met dezelfde water-25 lijnlengte en een meer conventionele scheepsromp.Such a sailing boat is known from EP-A-298 050. In Fig. 1 of this European patent application a sailing boat with a hull is disclosed with a keel body located in the longitudinal center and with a U-shape extending over the length of the boat. cross section. On either side of the keel body there are also concave hollows extending along the length of the boat which in turn merge into two convexly curved side bodies extending along the length of the boat. The side bodies are at a higher level than the keel body. The keel body and the two side bodies together form a closed hull, and end at the bow side in one and the same sharp nose part. This specific hull shape enables high speeds at wide windy courses. The shape of the keel body in these courses ensures that the hull is lifted slightly upwards by vertical aerodynamic forces, the two side bodies being lifted out of the water. This results in a reduction in the wet surface of the ship's hull, with which higher planing speeds can be achieved at the broader courses than with respect to a keel ship with the same water-line length and a more conventional ship's hull.

Nadelig bij deze bekende scheepsromp is dat het zeilgedrag bij de aan de windse koersen te wensen overlaat. Indien het hard waait moet het zeil al snel gereefd worden. Dit komt de snelheid niet ten goede. Verder vinden er bij de scherpere koersen waarschijnlijk onge-30 wenste verstoringen van de waterstroom langs de scheepsromp plaats, hetgeen een remmend effect op de boot heeft en het stuurgedrag van de boot onrustig maakt. Dit heeft wellicht te maken met de aan de loefzijde gelegen concave holling die bij een schuin liggende zeilboot half uit het water komt te liggen, maar waarin via het ene neusdeel 35 toch nog een hoeveelheid water wordt gestuwd. Tot slot is er een aan- 101 55 2 7 2 zienlijke snelheidsvermindering bij een toename van de waterverplaat-sing, bijvoorbeeld als gevolg van meer mensen en/of proviand aan boord.A disadvantage of this known hull is that the sailing behavior leaves much to be desired at the windy courses. If the wind blows hard, the sail must be reefed quickly. This does not benefit the speed. Furthermore, at the sharper courses, undesired disturbances of the water flow along the hull are likely to occur, which has an inhibiting effect on the boat and makes the steering behavior of the boat restless. This may have to do with the concave concave on the windward side, which comes to lie half out of the water with an oblique sailing boat, but in which a quantity of water is still pushed through one nose part 35. Finally, there is a significant reduction in speed with an increase in water displacement, for example as a result of more people and / or provisions on board.

Meer in het algemeen kan worden gesteld dat kielschepen de 5 laatste jaren steeds lichter worden uitgevoerd, en met vlakkere en bredere scheepsrompen worden gebouwd. Dit heeft tot op heden vooral geleid tot een toename van de snelheid bij de halve windse en ruimere koersen. Bij de scherpere koersen valt het op dat deze kielschepen bij harde wind nog steeds met relatief weinig zeiloppervlak voort-10 ploeteren, en daarbij door grote platbodems zoals lemsteraken, klippers en tjalken voorbij worden gezeild. In tegenstelling tot deze platbodems is het voorschip van de bekende kielschepen bovendien relatief smal, waardoor de leefruimte aldaar aanzienlijk beperkt is. De platbodems daarentegen hebben weer hun eigen nadelen, zoals lagere 15 snelheid op alle koersen bij zwakke en matige wind.More generally, it can be stated that keel ships have become increasingly lighter in recent years, and are built with flatter and wider hulls. To date, this has mainly led to an increase in speed at half-wind and wider courses. At the sharper courses it is noticeable that these keel ships still struggle with relatively little sailing surface in strong winds, and are sailed by large flat bottoms such as lemsteraken, clippers and tjalks. In contrast to these flat-bottomed boats, the bow of the known keel ships is also relatively narrow, so that the living space there is considerably limited. The flat bottoms, on the other hand, have their own drawbacks, such as lower speed on all courses in weak and moderate wind.

Daarnaast zijn natuurlijk ook catamarans en trimarans bekend. Deze zijn echter vaak te breed, bijvoorbeeld tijdens het afmeren in de haven en tijdens het varen in kanalen, en bieden bovendien niet één aaneengesloten scheepsromp. Ook de wendbaarheid van de brede ca-20 tamarans en trimarans laat te wensen over.In addition, catamarans and trimarans are of course also known. However, these are often too wide, for example during mooring in the harbor and when sailing in canals, and moreover they do not offer one continuous hull. The maneuverability of the wide ca-20 tamarans and trimarans also leaves much to be desired.

De onderhavige uitvinding heeft tot doel bovengenoemde nadelen te ondervangen, en een zeilboot met één aaneengesloten scheepsromp te verschaffen die zowel op de ruime alsook op de scherpe koersen goede zeileigenschappen heeft. In het bijzonder heeft de uitvinding tot 25 doel de aan de windse zeileigenschappen te verbeteren, zonder dat daarbij de diepgang, het ballastpercentage, het gewicht en/of de waterlijnlengte van de scheepsromp hoeven te worden vergroot. Verder heeft de uitvinding tot doel een zeilboot met een groot rompvolume te verschaffen, zonder dat daartoe de maximale breedte, diepte en/of 30 lengte hoeven te worden vergroot.The object of the present invention is to obviate the above-mentioned drawbacks and to provide a sailing vessel with one continuous hull which has good sailing properties on both the spacious and the sharp courses. The object of the invention is in particular to improve the windy sailing properties, without the draft, the ballast percentage, the weight and / or the waterline length of the hull having to be increased. Another object of the invention is to provide a sailing boat with a large hull volume, without the maximum width, depth and / or length having to be increased for this purpose.

Dit doel wordt volgens de onderhavige uitvinding bereikt door een zeilboot volgens conclusie 1. De zeilboot omvat een scheepsromp-bodem met twee in hoofdzaak evenwijdig aan elkaar liggende rompbodem-zijlichamen die elk aan de boegzijde een eigen scherp toelopend neus-35 deel omvatten en over in hoofdzaak de gehele bootlengte met elkaar zijn verbonden door een rompbodemtussenwand. De tussenwand bevindt zich over in hoofdzaak de gehele lengte op een hoger niveau dan de onderzijden van de zij lichamen, maar is in het middenschip wel zoda- 1015527 3 nig diep voorzien dat de tussenwand aldaar onder de waterspiegel ligt bij een recht in het water gelegen zeilboot. In de richting van de boeg kromt de tussenwand zich omhoog, om tussen de neusdelen van de zij lichamen tot boven de waterspiegel uit te komen. De tussenwand en 5 de zij lichamen begrenzen tezamen een naar beneden toe open waterdoor-stromingskanaal. Dit kanaal heeft in een horizontale projectie gezien, tussen de beide neusdelen in, een trechtervormig begin en gaat dan geleidelijk over in een vernauwd gedeelte.This object is achieved according to the present invention by a sailing boat according to claim 1. The sailing boat comprises a hull bottom with two substantially parallel hull bottom side members, which each have their own sharply tapered nose part on the bow side and over in substantially the entire length of the boat is connected by a hull bottom partition. The partition is substantially higher over the entire length than the undersides of the side bodies, but is provided in the central nave so that the partition is below the water level at a straight point in the water. sailboat. The partition wall curves upwards in the direction of the bow, to rise above the water level between the nose parts of the side bodies. The partition wall and the side bodies together define a downwardly open water flow channel. This channel has seen in a horizontal projection, between the two nose parts, a funnel-shaped beginning and then gradually turns into a narrowed part.

Uit praktijkproeven is gebleken dat de zeileigenschappen van 10 de zeilboot volgens de uitvinding bij de ruimere koersen goed zijn, en zelfs vergelijkbaar aan die van conventionele zeilboten met dezelfde waterlijnlengte, breedte, gewicht, diepgang en ballastpercen-tage. De zich geleidelijk tot onder de waterspiegel uitstrekkende tussenwand, die zich tevens in de richting van het middenschip enig-15 zins vernauwt, verschaft een zekere mate van toenemende opwaartse druk, waardoor eenvoudiger planeersnelheden kunnen worden bereikt. De op afstand van elkaar liggende neusdelen en deze met elkaar verbindende tussenwand vergroten het voorschip en daardoor de totale leefruimte van de zeilboot aanzienlijk. Tijdens de scherpere koersen kan 20 de boot schuin gaan liggen en meer op één van beide zij lichamen komen te varen. Het andere zij lichaam heft zich hierbij enigzins op, maar blijft de stabiliteit van de boot vergroten. Ook het bredere voorschip vergroot de stabiliteit. De waterstroom langs de scheepsromp van een aan de wind varende zeilboot volgens de uitvinding wordt met 25 voordeel niet nadelig verstoord door de gekozen scheepsrompvorm. Het zij lichaam heeft zijn eigen scherpe neusdeel waarmee hij door het water snijdt. Doordat het zijlichaam bovendien een langsas in hoofdzaak evenwijdig aan de vaarrichting en aan het symmetrievlak van de zeilboot heeft, kan het water op deze scherpere koersen zonder veel 30 weerstand langs het aan de lijzijde gelegen zij lichaam stromen. Het waterdoorstromingskanaal met het naar boven toe gekromde voorste tus-senwandgedeelte dat overgaat in het lager gelegen enigzins vernauwde gedeelte is qua stromingsweerstand ook zeer voordelig gebleken indien de zeilboot schuin komt te liggen op de scherpere koersen. Zelfs met 35 het brede voorschip gaat de zeilboot bij de scherpere koersen niet of nauwelijks met de voorsteven op de golven slaan, hetgeen de snelheid en het comfort ten goede komt. De scheepsrompvorm met de beide zij lichamen en deels onder water liggende tussenwand heeft verder als 101 5527 4 voordeel dat de snelheid bij toegenomen waterverplaatsing, bijvoorbeeld als gevolg van meer mensen aan boord, minder afneemt dan bij bekende zeilboten. De specifieke scheepsrompvorm is zeer geschikt voor toerschepen die seriematig kunnen worden vervaardigd. Door de 5 grote stabiliteit van de scheepsromp kan met name ook op de scherpere koersen relatief veel zeil worden gevoerd. Dit draagt in grote mate bij aan een snelheidstoename van de zeilboot volgens de uitvinding, en maakt mede dat deze sneller zeilt dan lichte wedstrijdboten met dezelfde waterlijnlengte, breedte, diepgang en ballastpercentage.Practical tests have shown that the sailing properties of the sailing boat according to the invention are good at the wider courses, and even comparable to those of conventional sailing boats with the same waterline length, width, weight, draft and ballast percentage. The intermediate wall, which gradually extends below the water level, which also narrows slightly in the direction of the midship, provides a certain amount of increasing upward pressure, so that easier planing speeds can be achieved. The spaced nose parts and this interconnecting dividing wall considerably increase the foreship and thereby the total living space of the sailboat. During the sharper courses the boat can lie at an angle and sail more on either side body. The other side body lifts slightly, but continues to increase the stability of the boat. The wider bow also increases stability. The water flow along the hull of a sailing sailboat according to the invention which is sailing in the wind is advantageously not adversely affected by the chosen hull shape. The side body has its own sharp nose part with which it cuts through the water. Moreover, because the side body has a longitudinal axis substantially parallel to the sailing direction and to the plane of symmetry of the sailboat, the water at these sharper courses can flow along the side body located on the leeward side without much resistance. The water flow channel with the upwardly curved front partition wall which merges into the lower, somewhat narrowed section, has also proved very advantageous in terms of flow resistance if the sailboat is tilted at the sharper courses. Even with the wide bow, the sailboat hardly hits the waves with the bow at the sharper courses, which benefits speed and comfort. The hull shape with the two side bodies and partly submerged partition has the further advantage as 101 5527 4 that the speed decreases less with increased water displacement, for instance as a result of more people on board, than with known sailing boats. The specific hull shape is very suitable for tour ships that can be manufactured in series. Due to the great stability of the hull, a relatively large amount of sail can be carried, especially on the sharper courses. This contributes greatly to an increase in speed of the sailing boat according to the invention, and also makes it sail faster than light racing boats with the same waterline length, width, draft and ballast percentage.

10 In het bijzonder is de scheepsromp voorzien van een stabilisa- tielichaam dat geplaatst is tussen de beide neusdelen van de zijli-chamen. Het stabilisatielichaam is zodanig uitgevoerd dat aan weerszijden daarvan een doorstromingsruimte is vrijgelaten ten opzichte van de binnenste wanddelen van de zij lichamen. Het stabilisatieli-15 chaam verkleint op voordelige wijze het trechtervormige begindeel van het doorstromingskanaal. Hiermee wordt voorkomen dat zich tijdens het zeilen te veel water opstuwt tussen de beide neusdelen. De hoeveelheid water die zich door het nauwer wordende doorstromingskanaal moet gaan verplaatsen wordt hierdoor verkleind. Daarnaast wordt de opper-20 vlakte van de tussenbodem tussen de neusdelen verkleind, hetgeen het gaan slaan van de voorsteven op de golven verder minimaliseert.In particular, the ship's hull is provided with a stabilizing body which is placed between the two nose parts of the side bodies. The stabilizing body is designed in such a way that a flow-through space is left on either side thereof with respect to the inner wall parts of the side bodies. The stabilizing body advantageously reduces the funnel-shaped initial part of the flow-through channel. This prevents too much water from building up between the two nose parts during sailing. This reduces the amount of water that has to move through the narrowing flow-through channel. In addition, the surface of the intermediate bottom between the nose parts is reduced, which further minimizes the impact of the prow on the waves.

Met voordeel is het stabilisatielichaam zodanig uitgevoerd dat het zich overeenkomstig de trechtervorm vernauwt, waardoor de vrijgelaten doorstromingsruimtes in langsrichting gezien constant gehouden 25 kunnen worden. De stromingsweerstand van de geprofileerde scheepsromp kan hierdoor worden verlaagd. Met voordeel is het stabilisatielichaam aan de onderzijde enigzins dikker uitgevoerd, in het bijzonder complementair aan de smaller wordende onderzijden van de zijlichamen ter plaatse van de neusdelen. Dit voorkomt dat de zeilboot plotseling met 30 zijn voorsteven uit het water zal komen, hetgeen stabiliserend werkt en het slaan van de voorsteven op de golven verder voorkomt.The stabilizing body is advantageously designed in such a way that it narrows in accordance with the funnel shape, so that the released flow spaces can be kept constant in the longitudinal direction. The flow resistance of the profiled ship's hull can hereby be reduced. The stabilizing body is advantageously made somewhat thicker on the underside, in particular complementary to the narrower undersides of the side bodies at the location of the nose parts. This prevents the sailboat from suddenly coming out of the water with its prow, which has a stabilizing effect and further prevents the prow hitting the waves.

Met veel voordeel strekt het voorste deel van het stabilisatielichaam zich uit tot voorbij de neusdelen van de rompbodemzijlichamen. Bij de ruimere koersen zullen zowel het voorste deel van het 35 stabilisatielichaam als de neusdelen van de rompbodemzijlichamen boeggolven veroorzaken. De boeggolven afkomstig van het voorste deel van het stabilisatielichaam zullen, door de meer naar voren gerichte opstelling daarvan, ongeveer ter plaatse van de neusdelen van de zij- t01 55 27 5 lichamen golfdalen veroorzaken. Deze golfdalen kunnen dan op voordelige wijze interfereren met de van de neusdelen afkomstige boeggolven. Hierdoor ondervindt de zeilboot minder weerstand in het water en kan deze hogere snelheden bereiken.Advantageously, the front portion of the stabilizing body extends beyond the nose portions of the hull bottom side members. In the wider courses, both the front part of the stabilizing body and the nose parts of the hull bottom side bodies will cause bow waves. The bow waves from the front part of the stabilizing body will, due to their more forward-facing arrangement, cause wave valleys approximately at the location of the nose parts of the side bodies. These wave valleys can then advantageously interfere with the bow waves originating from the nose parts. As a result, the sailboat experiences less resistance in the water and can reach higher speeds.

5 Verdere voordelige uitvoeringsvormen zijn vastgelegd in de on- derconclusies.Further advantageous embodiments are defined in the subclaims.

De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van de bijgaande tekening, waarin: fig. 1 een aanzicht is in perspectief van een uitvoeringsvorm 10 van de zeilboot volgens de uitvinding;The invention will be further elucidated with reference to the annexed drawing, in which: fig. 1 is a perspective view of an embodiment 10 of the sailing boat according to the invention;

Fig. 2 een vooraanzicht en een gedeeltelijk zijaanzicht toont van fig. 1;Fig. 2 shows a front view and a partial side view of FIG. 1;

Fig. 3 een schematisch zijaanzicht toont van fig. 1;Fig. 3 shows a schematic side view of FIG. 1;

Fig. 4 een schematisch onderaanzicht toont van fig. 1; 15 Fig. 5 een schematisch achteraanzicht toont van fig. 1;Fig. 4 shows a schematic bottom view of FIG. 1; FIG. 5 shows a schematic rear view of FIG. 1;

Fig. 6 een schematisch aanzicht is in perspectief van onderen gezien van een uitvoeringsvariant; enFig. 6 is a schematic perspective view from below of an embodiment variant; and

Fig. 7 een schematisch aanzicht is in perspectief van boven gezien van de variant in fig. 6.Fig. 7 is a schematic perspective view from above of the variant in FIG. 6.

20 De zeilboot in fig. 1-5 omvat een scheepsromp die is aangeduid met het verwijzingscijfer 1. De scheepsromp 1 omvat een symmetrievlak 2 (zie fig. 4) met zich aan weerszijden daarvan uitstrekkende rompbo-demzijlichamen 3. De zijlichamen 3 zijn aan de onderzijde convex gekromd uitgevoerd en monden aan de voorzijde uit in scherp toelopende 25 neusdelen 4. De zijlichamen 3 hebben in hoofdzaak evenwijdige langs-assen 5, die tevens in hoofdzaak evenwijdig lopen aan het symmetrievlak 2. De zijlichamen 3 gaan over in een rompbodemtussenwand 8 die in fig. 3 met een onderbroken lijn is aangegeven. De rompbodemtussenwand 8 ligt minder diep dan de onderzijden van de zijlichamen 3. Zo-30 als te zien in fig. 3, waarin tevens de waterspiegel 10 is aangegeven, ligt de tussenwand 8 ter plaatse van het middenschip onder de waterspiegel 10. In de richting van de boegzijde kromt de tussenwand 8 zich omhoog en komt ter plaatse van de neusdelen 4 boven de waterspiegel 10 te liggen. Aldus is tussen de zijlichamen 3 en de tussen-35 wand 8 een zich in horizontale projectie gezien vernauwend doorstro-mingskanaal 11 gelegen.The sailboat in fig. 1-5 comprises a hull indicated by the reference numeral 1. The hull 1 comprises a plane of symmetry 2 (see fig. 4) with hull bottom side members 3 extending on either side thereof. The side bodies 3 are on the the bottom side is convexly curved and ends at the front in sharply tapering nose parts 4. The side bodies 3 have substantially parallel longitudinal axes 5, which also also run substantially parallel to the plane of symmetry 2. The side bodies 3 merge into a hull bottom partition 8 which is shown in broken line in Fig. 3. The hull bottom partition 8 is less deep than the undersides of the side bodies 3. As can be seen in fig. 3, in which the water level 10 is also indicated, the partition wall 8 is located below the water level 10 at the position of the midship. from the bow side, the partition wall 8 curves upwards and comes to lie at the location of the nose parts 4 above the water surface 10. Thus, between the side bodies 3 and the intermediate wall 8, a flow channel 11 narrowing in horizontal projection is located.

101 5527 6101 5527 6

De zij lichamen 3 zijn aan de achterzijde afgerond en enigzins smaller uitgevoerd. Hiermee wordt bereikt dat het doorstromingskanaal 11 zich aan de achterzijde weer enigzins verwijd.The side bodies 3 are rounded at the rear and are slightly narrower. This ensures that the flow-through channel 11 widens somewhat at the rear.

Elk zij lichaam 3 is in zijn middendeel voorzien van een kiel 5 15. Deze kielen 15 verschaffen de boot stabiliteit. In een variant kan ook één centraal gelegen kiel worden voorzien.Each side body 3 is provided in its middle part with a keel 15. These keels 15 provide the boat with stability. In a variant, one centrally located keel can also be provided.

Tussen de beide neusdelen 4 is een stabilisatielichaam 20 aangebracht. Het stabilisatielichaam 20 is verbonden met het deel van de tussenwand 8 dat boven de waterspiegel 10 ligt, en strekt zich van 10 daaruit naar beneden toe uit. Het stabilisatielichaam 20 verkleint het doorstromingskanaal 11 ter plaatse van de neusdelen 4. Hierdoor vindt met voordeel minder stuwing van water onder het middenschip plaats tijdens het varen, zonder daarbij concessies te hoeven doen aan de gestroomlijnde vorm van de zijlichamen 3.A stabilizing body 20 is arranged between the two nose parts 4. The stabilizing body 20 is connected to the part of the intermediate wall 8 which lies above the water surface 10, and extends downward from 10 thereof. The stabilizing body 20 reduces the flow-through channel 11 at the location of the nose parts 4. As a result, advantageously less propulsion of water under the midship takes place during sailing, without having to make concessions to the streamlined shape of the side bodies 3.

15 Het stabilisatielichaam 20 steekt ten minste ter hoogte van de waterspiegel 10 verder naar voren uit dan de neusdelen 4. Hierdoor kan een voordelige interferentie optreden van golfdalen afkomstig van het stabilisatielichaam 20 en boeggolven afkomstig van de neusdelen 4.At least at the level of the water surface 10, the stabilizing body 20 projects further forward than the nose parts 4. As a result, an advantageous interference can occur from wave valleys originating from the stabilizing body 20 and bow waves originating from the nose parts 4.

20 Het achterste deel van het stabilisatielichaam 20 loopt bij voorkeur scherp toe. Aldus is de vorm van het stabilisatielichaam aangepast aan het zich vernauwende doorstromingskanaal 11, waardoor een zekere mate van stuwing door de ontwerper kan worden bepaald.The rear part of the stabilizing body 20 preferably tapers sharply. Thus, the shape of the stabilizing body is adapted to the narrowing flow channel 11, whereby a certain amount of propulsion can be determined by the designer.

De rompbodemtussenwand 8 is in de getoonde uitvoeringsvorm 25 concaaf gekromd uitgevoerd. Hierdoor kan eventueel te veel in het doorstromingskanaal opgestuwd water met relatief weinig weerstand zijdelings wegstromen.In the embodiment shown, the body bottom partition 8 is concave curved. As a result, possibly too much water pushed up in the through-flow channel can flow out sideways with relatively little resistance.

In een variant is de tussenwand in hoofdzaak vlak uitgevoerd. Dit dwingt het eventueel opgestuwde water meer om in het doorstro-30 mingskanaal te blijven, waardoor het opgestuwde water een grotere opwaartse kracht op de zeilboot uit kan oefenen. Dit maakt het eenvoudiger mogelijk om planeersnelheden te bereiken.In a variant, the partition wall is substantially flat. This forces the possibly pushed-up water more to remain in the flow-through channel, so that the pushed-up water can exert a greater upward force on the sailing boat. This makes it easier to achieve planing speeds.

De mast 25 is met voordeel zodanig ondersteund dat de masthoek zijdelings instelbaar is. Tijdens praktijktesten is gebleken dat een 35 hoger snelheid op de scherpere koersen kon worden bereikt door de masthoek ten opzichte van de verticaal tussen de 10-15 graden, in het bijzonder 12 graden naar loef te plaatsen. Dit is schematisch aangegeven met onderbroken lijnen in fig. 5.The mast 25 is advantageously supported such that the mast angle is laterally adjustable. During practical tests it has been found that a higher speed on the sharper courses could be achieved by placing the mast angle relative to the vertical between 10-15 degrees, in particular 12 degrees to the windward direction. This is schematically indicated by broken lines in fig. 5.

101 552? 7 *101 552? 7 *

In fig. 6 en 7 is een uitvoeringsvariant getoond waarbij neus-delen 30 en een stabilisatielichaam 31 ter plaatse van het bovendek 32 trapsgewijs in elkaar overgaan. Doordat de spitse lijnen van het stabilisatielichaam 31 worden voortgezet in het bovendek 32 krijgt de 5 zeilboot een meer gestroomlijnd uiterlijk. Aldus worden de goede zeileigenschappen van een scheepsromp met stabilisatielichaam volgens de uitvinding gecombineerd met het meer traditionele uiterlijk van scherpe jachten. Verder is in fig. 6 duidelijk een geleidelijke over-gang tussen de convex gekromde zij lichamen 34 en de concaaf gekromde 10 tussenwand 35 te zien.Figures 6 and 7 show an embodiment variant in which nose parts 30 and a stabilizing body 31 at the location of the upper deck 32 merge in stepwise fashion. Because the pointed lines of the stabilizing body 31 are continued in the upper deck 32, the sailing boat has a more streamlined appearance. Thus, the good sailing characteristics of a ship's hull with stabilizing body according to the invention are combined with the more traditional appearance of sharp yachts. Furthermore, Figure 6 clearly shows a gradual transition between the convexly curved side members 34 and the concave curved partition wall 35.

Aldus is volgens de uitvinding een zeilboot met zeer veel stabiliteit verschaft die de goede eigenschappen van diverse anderssoor-tige boten, zoals scherpe jachten, platbodems en catamarans met elkaar combineert. In het bijzonder indien de scheepsromp is uitgerust 15 met een stabilisatielichaam tussen de scherpe neusdelen van de zij lichamen, zijn de zeileigenschappen zowel bij de ruime alsook bij de scherpe koersen zeer goed gebleken. Naast de getoonde uitvoeringsvormen zijn vele varianten mogelijk. De zijlichamen kunnen diverse andere vormen hebben, en bijvoorbeeld aan de onderzijde scherp zijn uit-20 gevoerd. Ook het stabilisatielichaam kan andere diktes en lengtes hebben. De scheepsromp kan zowel van kunststof, staal als hout worden vervaardigd. In plaats van op een gesloten kajuitjacht, kan de uitvinding ook worden toegepast op een open zeilboot.According to the invention, a sailing boat with a great deal of stability is thus provided, which combines the good properties of various other boats, such as sharp yachts, flat-bottomed boats and catamarans. Particularly if the hull is equipped with a stabilizing body between the sharp nose parts of the side bodies, the sailing properties have proved to be very good in both the wide and the sharp courses. In addition to the embodiments shown, many variants are possible. The side bodies can have various other shapes, and for instance have a sharp design at the bottom. The stabilizing body can also have other thicknesses and lengths. The hull can be made of plastic, steel and wood. Instead of on a closed cabin yacht, the invention can also be applied to an open sailing boat.

25 101552725 1015527

Claims

9

Sailboat comprising: a hull (1) with a profiled cross section; 5. a rudder; a mast; and rigging, the hull bottom having a longitudinally extending vertical plane of symmetry (2) with hull bottom side members (3) lying on either side thereof, the hull bottom side members (3) extending substantially along the length of the sailboat with longitudinal axes (5) and opening at the bow side into a sharply tapering nose part (4), and wherein a hull bottom side wall (8) connecting the hull bottom side bodies (3) is provided, which hull bottom side bodies (3) and hull bottom side wall (8) together form a substantially closed hull, characterized in that the longitudinal axes (5) of the hull bottom side bodies (3) extend substantially parallel to the said plane of symmetry (2), each hull bottom side body (3) opens into a separate sharply tapering nose part (4) ), wherein the hull bottom partition (8) is located at a higher level over substantially the entire length of the sailboat than the bottom sides of the hull bottom side bodies (3), and in which the hull bottom partition (8), with a sailboat lying straight in the water, lies at least at the midship below the water level (10) and curves upwards in the direction of the bow side above the water level (10), whereby the hull bottom partition (8) and inner wall parts of the hull bottom side members (3) define a downwardly open through-flow channel.

Sailboat according to claim 1, wherein between the two nose parts (4) a stabilizing body (20) is provided, which leaves a flow space on either side with respect to the hull bottom side bodies (3). 101 55 ^ 7 «

Sailboat according to claim 2, wherein the rear part of the stabilizing body (20) tapers sharply.

Sailboat according to claim 2 or 3, wherein the front part of the stabilizing body (20) extends beyond the front ends of the nose parts (4) of the hull bottom side bodies (3).

Sailboat as claimed in any of the foregoing claims 1-4, wherein the hull bottom partition is a substantially flat wall 10 in cross section.

Sailboat as claimed in any of the claims 1-4, wherein the hull bottom partition (8) is concave curved in cross section.

Sailboat according to any of the preceding claims, wherein each of the hull bottom side members (3) is provided with a keel (15).

Sailboat as claimed in any of the foregoing claims, wherein the mast angle is adjustable in the transverse direction, in particular up to an angle of approximately 15 degrees with respect to the vertical.

A hull for use in a sailing boat according to any one of claims 1-8.

401 GC 77