Nothing Special   »   [go: up one dir, main page]

Naar inhoud springen

Nationaal Park Oosterschelde

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Nationaal Park Oosterschelde
Nationaal park
Nationaal Park Oosterschelde (Nederland)
Nationaal Park Oosterschelde
Situering
Land Nederland
Locatie Zeeland
Coördinaten 51° 34′ NB, 3° 56′ OL
Informatie
IUCN-categorie II (Nationaal park)
Oppervlakte 370
Opgericht 2002
Website www.np-oosterschelde.nl
Foto's
kaart van het nationaal park
kaart van het nationaal park
Oosterscheldekering
Oosterscheldekering

Nationaal Park Oosterschelde is sinds 8 mei 2002 officieel een nationaal park dat ligt in de Nederlandse provincie Zeeland. Het is het grootste nationaal park van Nederland.[1] Het park wordt globaal begrensd door de dijken van de 'eilanden' Schouwen-Duiveland, Tholen en Sint Philipsland, Noord-Beveland en Zuid-Beveland en de dammen van de Deltawerken en omvat naast de Oosterschelde ook de Keeten, Mastgat, Krabbenkreek, Zijpe en Krammer. Het is circa 370 km² groot (waarvan 350 km² buitendijks).

Doordat de Oosterschelde lang een rivierarm is geweest, was het lange tijd een gebied met zowel zoet als zout water (tot 1867). De Oosterschelde heeft een unieke flora en fauna. Bekend zijn de zeehonden en bruinvissen, die met enige regelmaat worden gezien. Het onderwaterleven is bijzonder populair bij sportduikers. Bij eb vallen de slikken en platen droog, waar veel vogels dan hun voedsel vinden. Achter de dijken vindt men karrevelden, inlagen en kreekgebieden als zichtbare herinneringen aan de ontstaansgeschiedenis van dit gebied. Onderwater maar ook onderaan de dammen hebben vele bijzondere planten en dieren hun plek gevonden, bijvoorbeeld waaierkokerwormen, zeeanemonen, Iers mos en zeekatten.

In het gebied bevindt zich ook de grootste munitiestortplaats van Nederland.

Ontwikkelingen

[bewerken | brontekst bewerken]

In 1986 is de Oosterschelde door middel van de Oosterscheldekering afgesloten. Als gevolg is de de stroming van het water afgenomen en het getijdenverschil teruggelopen tot gemiddeld 3,25 meter. Hierdoor bezinkt het zand in de voormalige geulen en vindt er geen afzetting van zand meer plaats op de zandplaten. Deze kalven langzaam af waardoor het karakteristieke kustgebied verdwijnt.

[bewerken | brontekst bewerken]
Zie de categorie Eastern Scheldt van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.