Nothing Special   »   [go: up one dir, main page]

Naar inhoud springen

Jelena Berezjnaja

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Jelena Berezjnaja
Jelena Berezjnaja en Anton Sicharoelidze (2001)
Jelena Berezjnaja en Anton Sicharoelidze (2001)
Persoonlijke informatie
Volledige naam Jelena Viktorovna Berezjnaja
Geboortedatum 11 oktober 1977
Nationaliteit Vlag van Rusland Rusland
Sportieve informatie
Specialisatie(s) Kunstrijden op de schaats
Portaal  Portaalicoon   Schaatsen

Jelena Viktorovna (Lena) Berezjnaja (Russisch: Елена Викторовна Бережная) (Nevinnomyssk, 11 oktober 1977) is een Russisch voormalig kunstschaatsster. Berezjnaja en haar schaatspartner Anton Sicharoelidze werden, na zilver in 1998, in 2002 olympisch kampioen bij de paren. Ze moesten de gouden medaille echter delen met het Canadese paar Jamie Salé en David Pelletier, nadat een Frans jurylid bekende niet objectief gehandeld te hebben. De Russin nam deel aan drie edities van de Olympische Winterspelen: Lillehammer 1994 (voor Letland, met Oļegs Šļahovs), Nagano 1998 en Salt Lake City 2002 (met Sicharoelidze).

Berezjnaja en Sicharoelidze ontmoeten president Poetin (2002)

Berezjnaja begon op vierjarige leeftijd met kunstschaatsen en maakte op haar dertiende de overstap naar het paarrijden. Aleksander Roetsjkin, een zoon van Berezjnaja's coach, werd haar schaatspartner, maar de samenwerking bleek geen succes. De veertienjarige Berezjnaja, inmiddels verhuisd naar Moskou, werd vervolgens gekoppeld aan de in Letland geboren Oļegs Šļahovs, die er al zeven schaatspartners op had zitten. Hoewel ze goed van start gingen, en successen behaalden, ging Šļahovs na verloop van tijd gewelddadig gedrag vertonen. Zo sloeg hij Berezjnaja en liet hij haar, opzettelijk, vallen tijdens trainingen. Bij de Winterspelen in Lillehammer eindigden Berezjnaja en Šļahovs als achtste.

Hun beste prestaties bij andere internationale toernooien waren een zevende plek bij de WK (1994, 1995) en een vijfde plaats bij de EK (1995). Op 9 januari 1996, vlak voor de Europese kampioenschappen, verwondde Šļahovs Berezjnaja tijdens een training met zijn schaats. Ze lag weken in het ziekenhuis, was halfzijdig verlamd en kon tijdelijk niet praten. Doktoren twijfelden of ze ooit weer zou kunnen lopen.[1][2]

Maar Berezjnaja krabbelde op en ging een samenwerking aan met Anton Sicharoelidze. In maart 1996 zette ze met hem weer haar eerste stappen op het ijs, wat in november 1996 gevolgd werd door deelname aan kunstschaatswedstrijden. Berezjnaja en Sicharoelidze werden in 1997 derde bij de EK en negende bij de WK. Ze werden later tweevoudig Europees (1998, 2001) en wereldkampioen (1998, 1999). In 2000 moesten ze de door hen gewonnen gouden EK-medaille inleveren, nadat Berezjnaja positief getest was op pseudo-efedrine zonder de ISU daarover te informeren. Berezjnaja en Sicharoelidze namen deel aan twee edities van de Olympische Winterspelen: Nagano 1998 en Salt Lake City 2002. In Salt Lake City wonnen ze de gouden olympische medaille. Deze moesten ze na het uitkomen van corruptie onder de juryleden wel delen met het Canadese paar Jamie Salé en David Pelletier. Een Frans jurylid zou niet objectief gehandeld hebben.

Berezjnaja had jaren een knipperlichtrelatie met Sicharoelidze. Met haar ex-echtgenoot, kunstschaatser Steven Cousins, kreeg ze een zoon (2007) en een dochter (2009).

Belangrijke resultaten

[bewerken | brontekst bewerken]
1992-1996 met Oļegs Šļahovs (voor Letland uitkomend)
1996-2002 met Anton Sicharoelidze (voor Rusland uitkomend)
Kampioenschap 92/93 93/94 94/95 95/96 96/97 97/98 98/99 99/00 00/01 01/02
Olympische Spelen 8e Zilver Goud
Wereldkampioenschap 14e 7e 7e 9e Goud Goud Zilver
Europees kampioenschap 8e 8e 5e t.z.t. Brons Goud t.z.t. diskw. (*) Goud
Grand Prix-finale Goud Zilver Brons Zilver Zilver
Nationaal kampioenschap Zilver Zilver Goud Goud Goud Goud
(*) de gouden medaille moesten ze inleveren, nadat Berezjnaja positief getest was op pseudo-efedrine zonder de ISU daarover te informeren
Zie de categorie Elena Berezhnaya van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.