slice
- slice
- uit het Engels
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | slice | slices |
| verkleinwoord |
- (sport) een kapbal bij tennis, waarbij de bal een achterwaartse rotatie krijgt
- ▸ In plaats van veelal de harde en vlakke backhand sloeg hij nu vaker een slice, om te vertragen en de bal laag te houden.[1]
- ▸ Barty, 1 meter 66, heeft een atypisch spel in het huidige vrouwenveld. Ze kan de bal best een harde klap geven, maar kiest veel vaker voor de vertraging. Op haar backhand gaat bijna alles met de slice.[2]
- ▸ Ze stuurde de Kroatische van links naar rechts en varieerde tussen de slice en vlakkere groundstrokes.[3]
- punt of stuk m.n. van een pizza
- [1] kapbal
- Het woord slice staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "slice" herkend door:
| 62 % | van de Nederlanders; |
| 64 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑
Weblink bron
Rik Spekenbrink en Wout Fassbender“Djokovic klopt Federer in langste finale Wimbledon ooit” (14 juli 2019), Het Parool - ↑ Rik Spekenbrink“Bijtertje Barty krijgt Sjarapova klein” (20-01-2019), Tubantia
- ↑ Rik Spekenbrink“Hogenkamp vecht, maar strandt op US Open” (28-08-2019), Tubantia
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
