beschrijft
Uiterlijk
- Geluid: beschrijft (hulp, bestand)
- be·schrijft
vervoeging van |
---|
beschrijven |
beschrijft
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beschrijven
- Jij beschrijft.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beschrijven
- Hij beschrijft.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van beschrijven
- Beschrijft!
- Het woord beschrijft staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.