NL2023453B1

NL2023453B1 - Method for the air-tight, water-tight and/or gas-tight sealing of an end of a tube

Info

Publication number: NL2023453B1
Application number: NL2023453A
Authority: NL
Inventors: Gerrit Drost Cornelis
Original assignee: Floating Solar B V
Priority date: 2019-07-08
Filing date: 2019-07-08
Publication date: 2021-02-02

Claims

CONCLUSIES

1. Werkwijze voor het lucht-, water- en/of gasdicht afdichten van een uiteinde van een buis, de werkwijze omvattende de stappen van: 5 a) het verschaffen van een buis met een open uiteinde; b) het verschaffen van een afdichting ingericht voor plaatsing in het open uiteinde van de in stap a) verschafte buis; en Cc) het plaatsen van de afdichting in het open uiteinde van de buis, waarbij de afdichting een inzetstuk omvat met een buitenomtrek die zodanig gekozen is dat het inzetstuk opneembaar is in het open uiteinde van de buis, en waarbij: - één van de uiteinden van het inzetstuk is verbonden met een afsluitelement voor het afsluiten van het ene uiteinde van het inzetstuk; en - het afsluitelement een buitenomtrek heeft die ten minste gelijk is aan de binnenomtrek van de buis, met het kenmerk dat het inzetstuk aan de buitenzijde is voorzien van een rondgaande uitsparing voor vorming van een tussenruimte tussen de binnenwand van de buis en de in de buis geplaatste afdichting, waarbij de werkwijze verder de stap omvat: d) het, na het in stap c) plaatsen van de afdichting, toevoeren van een afdichtend materiaal in de door de uitsparing gevormde tussenruimte.

2. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij stap d) wordt uitgevoerd middels het injecteren van een afdichtend materiaal in de door de uitsparing gevormde tussenruimte.

3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, waarbij het afdichtend materiaal een uithardbaar materiaal is.

4. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het afdichtend materiaal een 2-componentenlijm is.

5. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het afdichtend materiaal wordt gekozen uit de groep bestaand uit expansieharsen, zoals polyurethaanmengsels.

6. Afdichting kennelijk bestemd voor gebruik in de werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies.

7. Afdichting volgens conclusie 6, waarbij het inzetstuk een hol inzetstuk is.

8. Afdichting volgens conclusie 6 of 7, waarbij het inzetstuk uit een flexibel kunststof materiaal vervaardigd is.

9. Afdichting volgens een van de conclusies 6-8, waarbij de afdichting uit hetzelfde materiaal vervaardigd is.

10. Afdichting volgens een van de conclusies 6-9, waarbij de buitenomtrek van het inzetstuk zodanig gekozen is voor het klemmend opnemen van het inzetstuk in de buis.

11. Afdichting volgens een van de conclusies 6-10, waarbij het afsluitelement een omtrek heeft die gelijk is aan de buitenomtrek van de buis.

12. Afdichting volgens een van de conclusies 6-11, waarbij de rondgaande uitsparing een ten opzichte van de breedte van het inzetstuk gecentreerde rondgaande uitsparing is.

13. Afdichting volgens een van de conclusies 6-12, waarbij de breedte van de rondgaande uitsparing tussen de 50% en 90% van de breedte van het inzetstuk bedraagt, bij voorkeur tussen de 60% en 80%, bij verdere voorkeur ongeveer 70%.

14. Afdichting volgens een van de conclusies 6-13, waarbij het inzetstuk cilindervormig is en waarbij de diepte van de rondgaande uitsparing tussen de 2% en 12% van de buitendiameter van het cilindervormige inzetstuk bedraagt, bij voorkeur tussen de 4% en 10%, bij voorkeur tussen de 6% en 8%, bij verdere voorkeur ongeveer 7%.

15. Buis, waarbij ten minste één uiteinde is voorzien van een afdichting verkregen middels de werkwijze volgens een van de conclusies 1-5.

16. Buis volgens conclusie 15, waarbij tevens een tweede uiteinde van de buis is voorzien van een afdichting verkregen middels de werkwijze volgens een van de conclusies 1-5.