Nothing Special   »   [go: up one dir, main page]


  • drie·ogig
stellend
onverbogen drieogig
verbogen drieogige
partitief drieogigs

drieogig [1]

  1. met drie ogen of gaten
  2. met een heel scherp waarnemingsvermogen
75 % van de Nederlanders;
79 % van de Vlamingen.[2]