Nothing Special   »   [go: up one dir, main page]

  • best·wil
enkelvoud meervoud
naamwoord bestwil -
verkleinwoord - -

de bestwilm

  1. om ~ gerechtvaardigd door het goede doel
    • Dat was een leugentje om bestwil, maar het bleef wel een leugen. 
  2. eigen ~ in eigen belang ondanks bezwaren
    • De psychiatrische patiënt moest voor eigen bestwil gedwongen worden opgenomen in een kliniek. 
     Paternalisme wordt altijd gerechtvaardigd met een verwijzing naar iemands eigen bestwil.[2]
     ‘Ik zeg het enkel voor je bestwil, lieverd,’ fluisterde ze.[3]
96 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[4]
  1. bestwil op website: Etymologiebank.nl
  2. All-inclusive” op Wikipedia  (2006), A. W. Bruna Uitgevers B. V. , Utrecht op Wikipedia , ISBN 90-229-9182-2
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020  Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be