kwijting
Uiterlijk
- kwij·ting
- Naamwoord van handeling van kwijten met het achtervoegsel -ing[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kwijting | kwijtingen |
verkleinwoord | kwijtinkje | kwijtinkjes |
de kwijting v
- (formeel) (juridisch) de betaling van een schuld
- Op de algemene vergadering worden de aandeelhouders van een vennootschap gevraagd kwijting te verlenen aan de bestuurders. [2]
- Het woord kwijting staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kwijting" herkend door:
68 % | van de Nederlanders; |
91 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Kwijting op de algemene vergadering (Test-Aankoop)
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Achtervoegsel -ing in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Formeel in het Nederlands
- Juridisch in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 68 %
- Prevalentie Vlaanderen 91 %