bederf

• Geluid:  bederf    (hulp, bestand)

• be·derf

het bederf o

1. een proces van aantasting en verslechtering dat iets onbruikbaar maakt

   • Een koelkast beschermt etenswaar enige tijd tegen bederf. 

• beenbederf, milieubederf, prijsbederf, spelbederf, taalbederf, tandbederf, zedenbederf

• bederfelijk, bederfwerend

bederf

1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bederven
   

   • Ik bederf. 

2. gebiedende wijs van bederven
   

   • Bederf! 

3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bederven
   

   • Bederf je? 

• Het woord bederf staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bederf" herkend door:

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

bederf

1. overgankelijk bederven

   «Te veel melk bederf hul eetlus.»

   Te veel melk bederft hun eetlust.

• bedorwe

bederf

1. bederf