Na de gothrock-verrassing The Breathing Shadow en het proggy The Closing Chronicles kwam Swanö in 2000 met een plaat voor de dag die meer zijn variatie op AOR/melodieuze hardrock was. Nee, geen Foreigner of Whitesnake-achtige toestanden. De geluid is net te heavy, en de zang van Swanö ... die diepe, warme stem, lijkt in geen velden of wegen op heliumzangers als Fran Cosmo of Fergie Fredericksen. In interviews verdedigde Swanö zich, hij had een bredere smaak dan alleen metal en luisterde net zo lief naar Richard Marx. Hij is vast ook wel fan van een band als Dare?
"I" is het derde deel van een trilogie, of eigenlijk een prequel, ach, het verhaal volg ik eigenlijk niet zo. Muzikaal staat ook deze aflevering als een huis. Geen Thoughts from a stolen soul of Nightfall Overture hier, verder niks te klagen. Cool dat Swanö alle trends heeft genegeerd en zijn eigen pad volgde. Ik hoop (negen jaar na de laatste NIghtingale) dat hij zijn wandelschoenen nog eens aantrekt voor een vervolg.